1 / 10

BLOK 5

BLOK 5. STRUCTUURMODELLEN. STRUCTUURMODELLEN BLZ. 97 T/M 103. VOORDELEN- EN NADELENSTRUCTUUR VROEGER- EN NU STRUCTUUR VROEGER- NU- TOEKOMSTSTRUCTUUR PROBLEEM- EN OPLOSSINGSTRUCTUUR VERSCHIJNSEL- EN VERKLARINGSTRUCTUUR BEWERING- EN ARGUMENTSTRUCTUUR VERSCHIJNSEL- EN BESPREKINGSTRUCTUUR.

amaris
Télécharger la présentation

BLOK 5

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript

  1. BLOK 5 STRUCTUURMODELLEN.

  2. STRUCTUURMODELLEN BLZ. 97 T/M 103. • VOORDELEN- EN NADELENSTRUCTUUR • VROEGER- EN NU STRUCTUUR • VROEGER- NU- TOEKOMSTSTRUCTUUR • PROBLEEM- EN OPLOSSINGSTRUCTUUR • VERSCHIJNSEL- EN VERKLARINGSTRUCTUUR • BEWERING- EN ARGUMENTSTRUCTUUR • VERSCHIJNSEL- EN BESPREKINGSTRUCTUUR

  3. STRUCTUURMODELLEN BLZ. 97 T/M 103. VOORBEELD: VOORDELEN- EN NADELENSTRUCTUUR. INLEIDING: BESPREEK EEN VERSCHIJNSEL MET DUIDELIJKE VOOR- EN NADELEN. EEN BAANTJE NAAST JE SCHOOLWERK

  4. STRUCTUURMODELLEN BLZ. 97 T/M 103. VOORBEELD: VOORDELEN- EN NADELENSTRUCTUUR. MIDDENSTUK:GEEF OVERZICHT VAN VOOR- EN NADELEN. VOORDELEN: GELD, AFWISSELING. NADELEN: TIJDGEBREK, VERMOEIDHEID

  5. STRUCTUURMODELLEN BLZ. 97 T/M 103. VOORBEELD: VOORDELEN- EN NADELENSTRUCTUUR. SLOT:FORMULEER DE CONCLUSIE. VOORDELEN WEGEN ZWAARDER DAN NADELEN.

  6. ARGUMENTENBLZ. 113 T/M 117. WAAROM VIND JE IETS?????? EERSTE INDELING: OBJECTIEF (OP BASIS VAN FEITEN). SUBJECTIEF (OP BASIS VAN GELOOF OF INTUITIE).

  7. SOORTEN ARGUMENTENBLZ. 113 T/M 117. • JE KUNT EEN VOORBEELD ALS ARGUMENT GEBRUIKEN. 2. JE KUNT FEITEN ALS ARGUMENT GEBRUIKEN. 3. JE GEBRUIKT EEN EMPIRISCH ARGUMENT DIT IS EEN………………………………

  8. SOORTEN ARGUMENTENBLZ. 113 T/M 117. …….ERVARINGSFEIT. 4. JE VOERT EEN AUTORITEIT OP. 5. JE GEBRUIKT EEN VERGELIJKING ALS ARGUMENT: KIJK MAAR NAAR WHITNEY HOUSTON…….

  9. SOORTEN ARGUMENTENBLZ. 113 T/M 117. 6. JE GEBRUIKT EEN MOREEL ARGUMENT. WORDEN ONTLEEND AAN PERSOONLIJKE OVERTUIGING, IDEALEN, RELIGIE, LEVENSBESCHOUWING. VOORBEELD: MENSEN MOETEN GEEN VLEES ETEN, WANT DIEREN ZIJN OOK LEVENDE WEZENS.

  10. SOORTEN ARGUMENTENBLZ. 113 T/M 117. 7. GEBRUIK EEN EMOTIONEEL ARGUMENT VOORBEELD: IK VIND DAT EEN MOOI BOEK, WANT IK KAN ME HELEMAAL IN DIE PERSOON INLEVEN: HIJ REAGEERDE ZOALS IK ZELF ZOU HEBBEN GEREAGEERD.

More Related