1 / 19

Trefpunt Plato: Symposion

Trefpunt Plato: Symposion. Lees- en studieclub van dialogen van Plato. De datering van het symposion?. Dateringen*: De bijeenkomst in 416 v. Chr. Socrates’ dood in 399 v. Chr. Geschreven niet eerder dan 385 v. Chr. 416 v. Chr. 385 v. Chr. Jaar 0. 399 v. Chr. Agathon wint dan zijn prijs.

cynara
Télécharger la présentation

Trefpunt Plato: Symposion

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Trefpunt Plato:Symposion Lees- en studieclub van dialogen van Plato

  2. De datering van het symposion? • Dateringen*: • De bijeenkomst in 416 v. Chr. • Socrates’ dood in 399 v. Chr. • Geschreven niet eerder dan 385 v. Chr. 416 v. Chr. 385 v. Chr. Jaar 0 399 v. Chr Agathon wint dan zijn prijs * Bronnen:W.J. Koster (1938), Plato, Bloemlezingen uit enige dialogen,blz. 100; R. Baldick & B. Radice (1951), Plato, The Symposion. Introduction, blz. 9; R. te Velde, Eros en de filosofie (2006), blz. 22-24.

  3. De karakters of personen van het Symposion APOLLODOROS uit Phalerum vertelt zijn vriend GLAUCON de conversatie van de hierna te noemen deelnemers aan het symposion, máár wel uit tweede hand. Hij hoorde dat verslag weer van ARISTODEMUS van Cydathenaeum, een leerling van Socrates. AGATHON, een tragedie dichter, in wiens huis het partijtje zich in 416 voor Chr. afspeelde SOCRATES ARISTODEMOS, volgeling van Socrates. Hij was niet uitgenodigd (lagere sociale klasse!), maar werd door Socrates meegenomen. PHAEDRUS uit Myrrhinus, een hypochondrisch en literair man, die belang stelt in vragen van wijsgerige en frethorische aard. PAUSANIAS uit Cerames, de geliefde van Agathon ERYXIMACHUS, zoon van Acumenes, een toen bekend arts ARISTOPHANES, de grote Griekse comediedichter. ALCIBIADES, briljant, losbandig en berucht, die nu aan de top van zijn (politieke) macht in Athene staat.

  4. De mise-en-scène van het symposion (1) • Raamvertelling • Poging een sfeer van historische autoriteit te scheppen: • Apollodoros had het verhaal van iemand uit de kring van Socrates (n.l. Aristodemos), maar trok de waarheid van de verhalen na bij Socrates (met wie hij nu al drie jaar omging). Terwijl de niet genaamde persoon via ene Foinix zoon van Fillippos weer had gezegd dat het waar was dat Aristodemos bij dat gastenmaal van 416 v. Chr. aangezig was geweest. • Apollodoros en Glaucon waren zelf nog een kind in 416, dus konden niet zelf aanwezig zijn geweest. • Waarom zou Plato het Symposion geschreven hebben?(discussiepunt voor nu of later).

  5. De mise-en-scène van het symposion (2) • Zijn de personen die deelnamen aan het Symposion fictief of echt? Antwoord: echt. • Bewijzen voor - tenminste: • Agathon:Ἀγάθων (ca. 448 –401 v. Chr.) Hij schreef – minimaal - de Thesmophoriazousae en de Gerytades. Volgens Aristoteles bracht Agathon vernieuwingen aan in de stijl van het schrijven van toneelstukken; • Alcibiades: (Ἀλκιβιάδης / Alkibiádès: 450 – 404 v. Chr.) was een omstreden Atheens politicus en veldheer uit de tweede helft van de 5e eeuw v.Chr., die een sleutelrol speelde in de slechte afloop van de Peloponnesische oorlog. • Aristophanes: Ἀριστοφάνης (446 v.Chr. – 386 v.Chr.) was een Grieks dichter. Hij schreef vele werken (klik hier).

  6. Interessante dingen om op te letten: • Het thema: • de Eros / liefde • Eros en de filosofie • De indeling van de dialoog • Het Atheense sociale leven van de hoge kringen van de 4de eeuw • De rol van Socrates en zijn fysieke sterkte • De functionele samenhang van dit alles in deze dialoog.

  7. De opbouw van het Symposion • INLEIDING: • Openingsscène: Apollodoros • Inleidingscène: Aristodemos • Socrates – Agathon en Alcibiades • De eerste acte: de vijf lofredes op Eros • Phaedrus: de leerling-retor • Pausanias: minnaar en moralist • Eryximachus: arts en wetenschapper • Aristophanus: komediedichter en kenner van de mythologie • Agathon: tragediedichter en theoloog • De tweede acte: Diotima’s onderricht over Eros • De derde acte: Alcibiades

  8. Kernbegrippen uit het Symposion (1) • Symposion: samen drinken / drinkgelag • (Nl.) ”Liefde”: (Gr.) eros, philia en agapè. • Eros: seksuele passie, hartstochtelijke begeerte; • Philia: de minder passionele vormen van affectie en vriendschap / genegenheid, gevoel van verbondenheid; • Agapè: Nieuw Testamentisch Grieks voor (naasten)liefde, dat veel in de Bijbel wordt gebruikt (komt in het Symposion niet voor). • Het gaat in het Symposion steeds om homoseksuele liefde;

  9. Enkele vragen: • Waar gaat het in het Symposion om? • over liefde / eros? • over wijsbegeerte? • Is het Symposion wel een dialoog? • Wat zou Plato met het schrijven van het Symposion bedoeld kunnen hebben? • Waarom die ingewikkelde opbouw van het Symposion? • Welke conclusies, waarnemingen en eigen vragen wekt het Symposion bij u op?

  10. Kernbegrippen uit het Symposion (2) De homoseksuele liefde: • Erotika: in Socrates’ taal een dubbelzinnig begrip: zinnelijke begeerte, seks, verliefdheid en anderzijds begeerte naar inzicht en waarheid; • Erastes: de oude minnaar die steeds mooie jongens zoekt.

  11. Opmerkingen (1): • N.a.v. 174B: “dat Hoogstaanden zonder meer aan de dis van Hoogstaanden verschijnen” (vert. Hans Warren & Mario Molegraaf). De vertalers merken op dat deze “verdraaiing” als basis een nu verloren gezegde heeft. Wellicht was het zo, dat Hooggeplaatsten altijd zonder vragen aan de dis van lager geplaatsten mochten verschijnen (zie voetnoot 46). • In de Engelse vertaling van Baldick en Radice, staat: “To good men’s parties good men flock unasked”. De vertalers wijzen op de vele interpretaties (al in Socrates’ tijd) en merken op, dat in de Griekse tekst er een woordspeling op Agathons naam gemaakt is. “agathôn” in het meervoud van “agathos” wat “goed” betekent. • De vertaling van de Stichting Ars Floreat (2009) is: “Ook ongenood komt Fijn bij Fijn”. • Ter Velde vertaalt: “dat goede mensen ongevraagd op het feest van goeden (agathoi) plegen te verschijnen. Deze vertaling is gelijk aan de Engelse vertaling. In het grondtekst staat: Wat zou Plato bedoelen met dit stukje tekst?

  12. Opmerkingen (2a): Het belang van de tafelschikking: erotische relaties ARISTOPHANES ERYXIMACHUS ARISTODEMUS PAUSANIAS Onbekende gast WAAROM DEZE SCHIKKING? AGATHON SOCRATES Onbekende gast PHAEDRUS

  13. Opmerkingen (2b): Het belang van de tafelschikking: spreekvolgorde ARISTOPHANES ERYXIMACHUS ARISTODEMUS PAUSANIAS Onbekende gast Waarom zo? AGATHON SOCRATES Onbekende gast PHAEDRUS ALCIBIADES

  14. Opmerkingen (3): • N.a.v. 175d,e: “Want ik neem aan dat ik dan via jou vol prachtige wijsheid zal stromen. Die van mij heeft eigenlijk weinig te betekenen en is even aanvechtbaar als een droom”. • De Engelse vertaling: “Such wisdom as I possess is slight and has litle more reality than a dream, …”. Waarom deze opmerking?

  15. Opmerkingen (4): Over het Griekse drinkgelag (symposion): • Een symposion is een drinkgelag, onderscheiden van de maaltijd. Zo een drinkgelag verliep heel gereglementeerd. De gastheer bepaalde hoeveel en wat en in welke sterkte er gedronken werd. Vandaar de discussie over zullen we wel of zullen we niet drinken en hoeveel dan? Bij een symposion traden fluitspeelsters, danseressen en dansers, clowns, enz. op. Sommige bronnen melden dat‘de fluitspeelsters inderdaad met de fluit en demannelijke fluiten speelden (op wens en wenkvan de mannelijke gast). • Dionysus was de god vanhet symposion.

  16. Werken van Aristophanes (1) • Acharniërs (Αχαρνεις) – Uitgevoerd in 425 v.Chr., de oudste integraal bewaarde komedie, is een regelrechte aanklacht tegen de waanzin van de oorlog. • De boer Dikaiopolis (wat in feite "Rechtsstaat" betekent) uit het dorp Acharnai is de Peloponnesische oorlog beu en sluit persoonlijk vrede met de Spartanen, waardoor hij alleen de voordelen van de vrede geniet. Het valt hem niet gemakkelijk zijn dorpsgenoten (het koor), die hem aanvankelijk maar een collaborateur vinden, ervan te overtuigen dat slechts een paar "haviken" baat hebben bij het voortzetten van de oorlog. • Wolken (Νεφελαι) - Uitgevoerd in 423 v.Chr. (volledige titel: 'De wolken of de school voor sofisten') is een aanval op de 'moderne' opvoeding en moraal van de sofisten. Aristophanes voornaamste slachtoffer is Socrates, die in zijn stuk heel wat trekjes van de sofisten heeft. De zweverige, onpraktische intellectueel staat in sterk contrast met de andere hoofdrolspeler, de koppige, gewelddadige, maar praktische Strepsiades. • Strepsiades, een gewezen boer, zit met zijn boekhouding diep in de rode cijfers, wegens de spilzucht van zijn vrouw (een verwaande "stadsmadam") en hun zoon Pheidipides (een verwende, gokverslaafde snob). Om aan zijn schuldeisers te ontsnappen laat hij zich als leerling inschrijven in de "denkerij" van Socrates: daar kan men, naar verluidt, alles leren, ook hoe men in rechtszaak de jury van zijn gelijk kan overtuigen. Strepsiades ontmoet in de school een student, die hem alles vertelt wat er gaande is. Hij wijst hem de andere studenten aan, voorovergebogen naar de aarde, zodat ze geologie kunnen leren met hun gezicht en astronomie met hun achterste. Socrates verschijnt, in een mand zwevend in de lucht, en begroet de boer pompeus, vraagt hem wat hij komt doen. Op het antwoord van de boer dat hij wil leren spreken en er wil voor betalen, zegt Socrates 'Wil je met de wolken kunnen praten, die onze beschermgeesten zijn?' Dan volgt een komische scène waarin Socrates de boer als een hiërofant initieert door hem met bloem te poederen en bombastisch de goden van de ether en de wolken te aanroepen. In die toon gaat het een tijdje verder, tot Socrates in wanhoop uitroept dat de boer een waardeloze leerling is en niets van zijn leringen begrijpt. Strepsiades stuurt dan maar zijn zoon naar de les. Met succes overigens, want Pheidippides kan de schuldeisers weldra met een paar drogredeneringen moeiteloos afschepen. Als de jongen daarna ook zijn vader een oplawaai verkoopt, in de overtuiging dat dat zijn goed recht is, voelt Strepsiades zich bedrogen. Woedend steekt hij de "denkerij" in brand.

  17. Werken van Aristophanus (2) • Vogels (Ορνιθες) – Uitgevoerd in 414 v.Chr. • Twee Atheense heertjes ontvluchten teleurgesteld hun corrupte en onbestuurbare stad en belanden in het Vogelrijk, waar zij, met de hulp van de vogels (het koor), een nieuwe droomstad bouwen. Tijdens de bouwwerkzaamheden komen allerlei obscure personages met minder goede bedoelingen "lobbyen" om hun belangen in de nieuwe stad veilig te stellen. De vogels verzinnen een plan dat hun de heerschappij over mensen én goden moet verlenen. Zij blokkeren de weg tussen hemel en aarde en de goden vergaan van de honger, want de rook van de offergaven dringt niet meer tot de hemel door. De vogels zijn pas bereid tot toegeven als Zeus zijn scepter (een allegorie) afstaat. • Lysistrate (Λυσιστρατη) - Uitgevoerd in 411 v.Chr. • De Atheense dames [= het koor] grijpen naar het drastische wapen van de seksstaking, om hun mannen ertoe te dwingen eindelijk eens werk te maken van de vrede. Onder de leiding van de militante Lysistrate [dat betekent eigenlijk "Zij die de legermacht ontbindt"] bezetten zij de Akropolis waar de Atheense staatskas wordt bewaard. Zo kan de oorlog niet meer gefinancierd worden. De vrouwen geven pas toe wanneer de vrede tussen de Griekse stadstaten een feit is.

  18. Werken van Aristophanus (3) • Vrouwen vieren de Thesmophoria (Θεσμοϕοριαζούσαι) - Uitgevoerd in 411 v.Chr. • De tragediedichter Euripides zit met een probleem: hij heeft de vrouwen (= het koor) een slechte reputatie bezorgd door in zijn treurspelen hun listen en streken te ontmaskeren. Nu is hij bang dat zij, naar aanleiding van de Thesmophoria en profiterend van het feit dat zij op dit feest eindelijk eens onder elkaar kunnen zijn, zullen gaan overleggen hoe zij hem onschadelijk kunnen maken. Daarom wil hij hun plan verijdelen door een als vrouw verkleden infiltrant tussen het feestvierende gezelschap binnen te smokkelen om zijn zaak te bepleiten. Samen met zijn zwager Mnesilochos, die hij in vertrouwen neemt, wendt hij zich tot zijn vakgenoot Agathon, voorgesteld als een verwijfde "nicht". Een poging om Agathon voor die job te engageren mislukt echter, en Euripides kan zijn zwager Mnesilochos (in zijn uitlatingen getypeerd als een seksistische macho) toch tot het waagstuk overhalen.Maar na een provocerende toespraak wordt Mnesilochos ontmaskerd, en om zijn hachje te redden zoekt hij asielrecht aan het altaar van Demeter. Om uit deze hachelijke situatie te ontsnappen probeert hij een paar listen uit: de mogelijkheden daartoe ontleent hij respectievelijk aan vier bekende stukken van Euripides, die op deze manier geparodieerd worden.Maar alle kunstgrepen mislukken en er rest geen ander middel dan een minder subtiele aanpak. Een erbij gehaalde (oliedomme!) politieagent wordt makkelijk afgeleid dank zij het 'acteertalent' van een bijdehands en sexy danseresje, waarna Euripides erin slaagt zijn zwager te bevrijden uit zijn hachelijke positie, niet zonder belofte dat hij voortaan de vrouwen niet meer door het slijk zal halen.

  19. Werken van Aristophanus (4) • Kikkers (Βατραχοι) - Uitgevoerd in 405 v.Chr. • De god Dionysus, gebelgd omdat er op zijn toneelfestival geen goede tragedies meer geschreven worden ("alleen nog van dat avant-gardistisch gedoe"), daalt af naar de Onderwereld om weer een groot dichter mee te nemen naar de wereld der levenden. Het koor wordt gevormd door de kikkers van de rivier de Acheron: zij zingen het beroemde onomatopaeïsche lied "Brekèkèkèks koaks koaks". In een wedstrijd wordt de "modernist" Euripides verpletterend verslagen door Aeschylus, vertegenwoordiger van de "goede, oude tijd". • Vrouwenparlement (Εκκλησιαζουσαι) – Uitgevoerd in 392 v.Chr. • Verkleed als hun eigen mannen (die zij totaal bedwelmd hebben na een zware nacht van seks en drank!) begeven de Atheense vrouwen zich naar de zitting van het Parlement (de 'ekklesia'), waar zij, onder deskundige leiding van de militante Praxagora, een links-pacifistische staatsregeling weten door te drijven. Zij willen aantonen dat zij het er heel wat beter van afbrengen dan hun echtgenoten. Er zijn enkele punten van overeenkomst tussen dit blijspel en de "ideale staat" zoals die door Plato in zijn "Politeia" werd geconcipieerd. Het stuk hoort thuis in de slotfase van Aristophanes' werk: er zijn geen persoonlijke politieke satires meer te vinden, het aandeel van het koor is tot een minimum herleid, en er is geen "parabasis" meer. TERUG

More Related