1 / 27

Eenzaamheid

Eenzaamheid. Genetische invloeden en biologische maten. Eeske van Roekel. Stellingen. Eenzaamheid staat gelijk aan veel alleen zijn Waar: zitten Niet waar: staan. Stellingen. Eenzaamheid komt meer voor bij vrouwen Waar: staan Niet waar: zitten. Stellingen.

dom
Télécharger la présentation

Eenzaamheid

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Eenzaamheid Genetische invloeden en biologische maten Eeske van Roekel

  2. Stellingen Eenzaamheid staat gelijk aan veel alleen zijn Waar: zitten Niet waar: staan

  3. Stellingen Eenzaamheid komt meer voor bij vrouwen Waar: staan Niet waar: zitten

  4. Stellingen Eenzaamheid is voor ongeveer 50% genetisch bepaald (en dus 50% omgevingsfactoren) Waar: staan Niet waar: zitten

  5. Stellingen De prevalentie van eenzaamheid is het hoogst onder ouderen Waar: zitten Niet waar: staan

  6. Stellingen Sociale pijn activeert dezelfde hersengebieden als fysieke pijn Waar: staan Niet waar: zitten

  7. Eenzaamheid Wat is eenzaamheid? • Eenzaamheid is de onaangename ervaring die zich voordoet wanneer het bestaande sociale netwerk van een persoon ontoereikend is in kwantitatief of kwalitatief opzicht (Peplau & Perlman, 1982) • Verschil met: • alleen zijn • sociale isolatie • Komt voor bij alle leeftijden

  8. Eenzaamheid Typen eenzaamheid: • Emotionele eenzaamheid • Ontbreken van hechte, intieme relatie met andere persoon • Sociale eenzaamheid • Ontstaat door ontbreken van netwerk van sociale relaties

  9. Prevalentie Kinderen: 10% is regelmatig eenzaam (basisschool leeftijd) Adolescentie: >50% van adolescenten is regelmatig eenzaam, 10%-20% is chronisch eenzaam Ouderen: 31% is soms eenzaam, 5% vaak eenzaam, 2% altijd eenzaam

  10. Prevalentie (eigen onderzoek) Ontwikkeling van eenzaamheid • Hoogste eenzaamheid in vroege adolescentie • Daling van eenzaamheid gedurende de adolescentie Waarom piek in adolescentie?? Figuur 1. Staafdiagram van de gemiddelde eenzaamheid niveaus

  11. Gevolgen van eenzaamheid • Fysieke problemen: • Slaapproblemen • Problemen met immuunsysteem • Hart- en vaatziekten • Mechanisme: • = gerelateerd aan gebruik alcohol, drugs en roken • = gerelateerd aan minder sporten, minder ontspanning, slechtere voeding

  12. Eenzaamheid & internaliserende problematiek Samenhang internaliserende problematiek: • Hoge correlatie met depressie: • Kenmerk van depressie? • Voorspeller voor depressie? • Gevolg van depressie? • Gemeenschappelijke oorzaak met depressie? • Belangrijk: eenzaamheid ≠ depressie • Relatie met andere problematiek: • (Sociale) angst • Schizofrenie

  13. Voorspellers Omgeving • Belangrijke gebeurtenissen: • Overlijden belangrijke persoon in omgeving • Verhuizen • Overgang nieuwe school / nieuwe baan • Op kamers gaan • Ziekte • Handicaps • Sociale steun: • Ouders • Peers

  14. Voorspellers Individu • Psychologisch/persoonlijkheid • Zelfvertrouwen • Verlegenheid / extraversie • Neuroticisme • Sociale vaardigheden • Biologisch • Genen • Hersenen

  15. Genen • Evolutietheorie: • Vermogen van mens zich eenzaam te voelen is functioneel in de evolutie  erfelijk • Schatting erfelijkheid in gedragsgenetische studies: 48-55%

  16. Werking genen

  17. Werking genen Voorbeeld: Serotonine transporter gen (5-HTTLPR) • 2 allelen: kort allel en lang allel • Genotypes: kort-kort, kort-lang of lang-lang • Dragen van tenminste 1 kort allel = risico Werking:

  18. Onderzoek genen (2) 5-HTTLPR genotype • Direct effect van 5-HTTLPR op ontwikkeling van eenzaamheid • Dragers van korte allel blijven stabiel in eenzaamheid, terwijl adolescenten met het l-l genotype dalen in eenzaamheid Figuur 1. De ontwikkeling van eenzaamheid voor de verschillende genotypes

  19. Onderzoek genen (3) 5-HTTLPR genotype x steun • Bij adolescenten met een kort allel: hoge steun van moeder gerelateerd aan lagere eenzaamheid op baseline Figuur 3. Interactie tussen 5-HTTLPR genotype en steun van moeder

  20. Werking genen • Oxytocine • Neuropeptide in hersenen • Nasaal toedienen (neusspray, tijdelijke effecten) • Genetische variant (A allel = risico = minder oxytocine) • Meer oxytocine  • Meer vertrouwen in anderen • Vermindert angst • Meer ‘verzorgend’ gedrag • Betere hechting

  21. Hersenen Waarom zijn deze genen gerelateerd aan eenzaamheid? 5-HTTLPR is belangrijk in regulatie van negatieve emoties: • Mensen met kort allel: hogere activatie in de amygdala na het zien van bedreigende stimuli (Heinz et al, 2004) • Mensen met kort allel: verminderde koppeling tussen amygdala en perigenual anterior cingulate cortex (pACC) (Pezawas et al., 2005)

  22. Hersenen Onderzocht door middel van:

  23. Hersenen (2) Onderzoek sociale exclusie: • Deelnemer speelt cyberball met 2 virtuele spelers • Na aantal beurten sociale exclusie (spel werkt niet) en openlijke sociale exclusie (niet mee mogen doen zonder uitleg) Hand deelnemer

  24. Hersenen (3) Onderzoek sociale exclusie (Eisenberger et al., 2003): • Tijdens sociale exclusie: anterior cingulate cortex (ACC) actief • Bij openlijke sociale exclusie: ook (rechter ventrale) prefrontale cortex (RVPFC) actief • Zelfde gebieden als bij fysieke pijn: sociale pijn = fysieke pijn? • Evolutietheorie!

  25. Hersenen (4) • Studie naar verschil verwerken sociale stimuli tussen eenzame en niet-eenzame mensen (Cacioppo et al, 2009) • Voor plezierige stimuli: eenzame mensen worden minder beloond door sociale stimuli (lagere activatie ventraal striatum bij plaatjes van mensen) • Bij onplezierige stimuli: bij eenzame mensen grotere activatie van visuele cortex bij plaatjes van mensen  meer aandacht voor ‘lijden’ van anderen Samengevat: eenzaamheid voor deel ‘veroorzaakt’ door wat mensen verwachten van en denken over andere mensen

  26. Interventies • Eenzaamheid niet in DSM, maar: relationele problemen verdienen klinische aandacht (veel problemen hangen samen met chronische eenzaamheid) • Weinig onderzoek naar gedaan, type interventie afhankelijk van idee over oorzaak: • Versterken sociale relaties / sociale steun (buddy projecten) • Aanleren sociale vaardigheden • Aanleren/aanpassen (depressogene) cognities / attributiestijl • Meta-analyse: CGT enige dat effectief is

  27. Bedankt voor jullie aandacht! Veel mensen zijn eenzaam, geloof me daar is niets tegen, het mag, maar kom je ze tegen, zeg dan op z'n minst even: dag Toon Hermans

More Related