1 / 55

Bestaat schoolrijpheid?

Bestaat schoolrijpheid?. Blok 1: Hedendaagse visie op schoolrijpheid. Karine Verschueren, Centrum voor Schoolpsychologie, K.U.Leuven. Situering. Meeste onderwijssystemen: start formeel onderwijs rond 6 jaar Transitie van kleuter-lager onderwijs ~ veranderingen in leeromgeving.

frye
Télécharger la présentation

Bestaat schoolrijpheid?

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Bestaat schoolrijpheid? Blok 1: Hedendaagse visie op schoolrijpheid Karine Verschueren, Centrum voor Schoolpsychologie, K.U.Leuven

  2. Situering • Meeste onderwijssystemen: start formeel onderwijs rond 6 jaar • Transitie van kleuter-lager onderwijs ~ veranderingen in leeromgeving

  3. VOOR EN NA… (LaParo, Rimm-Kaufman, & Pianta, 2006; Sink, Edwards, & Weir, 2007) • Bereiken leerdoelen niet meer vrijblijvend • Meer prestatiegeoriënteerd • Andere klasorganisatie • Meer ‘bankwerk’ en groepsinstructie

  4. Factoren die succesvolle overgang KO-LO belemmeren/bevorderen? Schoolrijpheid

  5. Overzicht • Vroegere opvatting • Kritiek • Huidige opvatting • Praktische implicaties

  6. Vroegere visie • “School readiness”: Arnold Gesell • Biologische ontwikkelingsmodellen • Ontwikkeling verklaren in termen van biologische processen • Voorspelbare en invariante ontwikkelingsstadia

  7. Vroegere visie • Leren is pas mogelijk als het kind er biologisch rijp voor is • Implicaties • Diagnostiek: bv. Head-proef • Adviesverlening: ‘wachten’ tot het kind rijp is

  8. Visie van leerkrachten(Smith & Shepard, 1988) • 40 interviews met kleuterleidsters • Ongeveer helft: ‘maturatievisie’ Schoolonrijpheid vooral te wijten aan onvoldoende rijping. Leerkrachten of ouders kunnen kind daarom het beste meer tijd geven om verder te ontwikkelen. • ~ SLB-beslissingen

  9. Kritiek • Ontwikkeling (ook) beïnvloed door context  bio-ecologische of contextuele ontwikkelingsmodellen • ‘Leervoorwaarden’ ook beïnvloedbaar door instructie (bv. Morrison et al., 1995)

  10. From: Berk, L.E. (2003). Development through the lifspan (3rd ed.). Boston: Pearson Education.

  11. Resultaten Auditieve Analyse: % correcte antwoorden (Morrison et al., 1995) Noot: 2 groepen ongeveer even oud

  12. Kritiek • Kenmerk van kind: (lagere) school buiten schot  “Is deze school wel rijp voor dit kind ?”

  13. ~  ’Remediërende’ visie (Smith & Shepard, 1988) « Schoolonrijpheid is gevolg van ervaring, de leeromgeving, … Ouders en leerkrachten kunnen mits extra inspanningen het verschil maken. Leerkrachten 1ste leerjaar moeten zich kunnen aanpassen aan diversiteit. »

  14. Huidige visie: compromis • Rol van (school)omgeving niet vergeten! • Rol van kindfactoren niet ontkennen • biologische factoren zijn wel degelijk van belang (‘risicofactoren’) • omgeving moet trachten af te stemmen op die kenmerken; ontwikkeling net “een stapje voor te zijn” • functioneren van kind in kaart brengen • functioneren van kind = steeds resultaat van wisselwerking kind-omgeving

  15. Ontwikkeling van ‘executieve functies’ Bron: colleges ‘Cognitieve en psychosociale ontwikkeling van kinderen en adolescenten: theorie en praktijk’, K.U.Leuven

  16. Ontwikkeling van ‘executieve functies’

  17. “School readiness” Resultaat van interactie of wisselwerking tussen kind en omgeving (Ladd et al., 1999; Mashburn & Pianta, 2006)

  18. “School readiness” « aspect of child functioning that is determined by the quality and type of interactions that a child engages in with others; and social relationships between children and parents, parents and teachers, and teachers and children are identified as the conduits through which children become motivated and interested in school activities and acquire competencies associated with school readiness » (Mashburn & Pianta, 2006, p. 169-170)

  19. Huidige visie • Interactionistisch • Multifactorieel/-dimensioneel  welke factoren?

  20. Welke kind- en omgevingsfactoren voorspellen schoolprestaties 1ste leerjaar?

  21. Academische prestaties 1ste lj Leervw’en 3de KK Gebaseerd op Downer & Pianta (2006); Bossaert, Verschueren, et al. (2008); Verachtert (2007); …

  22. Specifieke leervoorwaarden • Prestaties voor taal/rekenen in 1ste leerjaar worden het beste voorspeld door prestaties voor taal/rekenvoorwaarden in 3de KK • Afname van (betrouwbare en valide!) toetsen leervoorwaarden heeft predictieve waarde  relevant voor besluitvorming

  23. Recent onderzoek in Vlaanderen • SIBO-onderzoek (Verachtert, 2008) (N = 3 055 uit 122 scholen) r = .65 tussen voorbereidend rekenen begin 3de KK en rekenen einde 1ste leerjaar • Eigen onderzoek (Bossaert, Verschueren et al., 2008) (N = 169 uit 26 scholen) r = .54 tussen voorbereidende vaardigheden taal + rekenen 1ste trim. 3de KK en taal en rekenen einde 1ste leerjaar

  24. Meting specifieke leervoorwaarden • Algemene screeningstoetsen en meer gerichte toetsen (zie later) • Leertestvorm: « proeflessen »

  25. Cognitieve vaardigheden Academische prestaties 1ste lj Leervw’en 3de KK Gebaseerd op Downer & Pianta (2006); Bossaert, Verschueren, et al. (2008); Verachtert (2007); …

  26. Cognitieve vaardigheden Academische prestaties 1ste lj Leervw’en 3de KK Gebaseerd op Downer & Pianta (2006); Bossaert, Verschueren, et al. (2008); Verachtert (2007); …

  27. Algemene cognitieve vaardigheden • Betekenisvol effect, grotendeels indirect via voorbereidende vaardigheden 3e KK r = .47 (p < .001) tussen scores CPM begin 3de KK en voorbereidende reken- en taalvaardigheden en r = .37 (p < .001) tussen CPM-scores en prestaties eind 1ste leerjaar (Bossaert, Verschueren et al., 2008) •  beperktere cognitieve vaardigheden = plausibele verklaring voor lage totaalscores op screening leervoorwaarden

  28. Algemene cognitieve vaardigheden • Meting algemene cognitieve vaardigheden: vaak intelligentietest  let op: meer gevaar voor meetfouten bij jongere kinderen (vooral < 5 jaar) (Chen & Siegler, 2000; Resing, 2007)

  29. Algemene cognitieve vaardigheden • Minder informatief voor gerichte remediëring/begeleiding (tenzij voor verwachte vooruitgang) • Wel voor globale indicatiestelling : aangepaste vorm van onderwijs nodig? (Van den Broek, 1997)

  30. Cognitieve vaardigheden Leergerela-teerd gedrag Academische prestaties 1ste lj Leervw’en 3de KK Gebaseerd op Downer & Pianta (2006); Bossaert, Verschueren, et al. (2008); Verachtert (2007); …

  31. Leergerelateerde gedragingen • Zelfregulatie, ‘executief functioneren’ • Attitude t.o.v. schooltaken, betrokkenheid/participatie bij klasactiviteiten, …  bijkomende voorspellende waarde voor succes 1ste leerjaar • Bv. SIBO-onderzoek: r = .43 met rekenprestaties 1ste leerjaar

  32. Coöperatieve participatie Doet wat de leerkracht vraagt Maakt verantwoordelijk gebruik van klasmateriaal Is goed handelbaar voor de leerkracht Aanvaardt het gezag van de leerkracht Onafhankelijke participatie Zoekt uitdagingen Is zelfbepalend, stelt eigen doelen Werkt onafhankelijk Heeft veel hulp en leiding nodig (-) Illustratie:Klasparticipatie(Ladd, 1992; bewerking door Cornelissen & Verschueren, 2002)

  33. Sociaal-emotioneel functioneren • Sociale competentie: interpersoonlijk sociaal gedrag, zelfwaardering, … bijkomende voorspellende waarde, hoewel op zich beperkter • Wel: via relaties met klasgenoten en leerkrachten

  34. Cognitieve vaardigheden Sociaal-emotioneel functioneren … Leergerela-teerd gedrag Academische prestaties 1ste lj Leervw’en 3de KK Gebaseerd op Downer & Pianta (2006); Bossaert, Verschueren, et al. (2008); Verachtert (2007); …

  35. Dus: Verschillende domeinen van functioneren van kind  product van kind x omgevingsinvloeden

  36. Gezinsklimaat Affectieve kwaliteit lk-kindrel. Instructie- kwaliteit Academische prestaties 3KK en 1ste lj SES, etniciteit, Gebaseerd op Downer & Pianta (2006); Bossaert, Verschueren, et al. (2008); Verachtert (2007); …

  37. Omgevingsinvloeden:thuisomgeving • Lage SES, lage opleiding moeder, allochtone herkomst, …  meer risico op schools falen ook na overgang KO-LO

  38. SES Cognitieve vaardigheden Taal/rekenen begin 3e KK Taal/rekenen eind 1ste lj Gebaseerd op Bossaert, Verschueren et al., 2008

  39. Gezinsklimaat • Cognitieve stimulatie: aanwezigheid van speelgoed, boeken, … • Emotionele ondersteuning of sensitiviteit

  40. Zaak van school/ leerlingenbegeleiding? • GOK-beleid • Evidence-based werken aan bevorderen van schools succes in risicogroepen Zie www.jeugdinterventies.nl Bv. Kaleidoscoop http://www.kaleidoscoop.org/ Bv. Piramide http://www.cito.nl/po/piramide/Methode/eind_fr.htm

  41. Zaak van school/ leerlingenbegeleiding? • Maatregelen nemen/ondersteunen om de betrokkenheid van ouders bij de school verhogen (Marzano, 2008) • Zorgen voor middelen waardoor ouders en school kunnen communiceren: eenvoudige info, vertaling, telefoneren, (protocollen voor) oudergesprekken • Betrokkenheid van ouders bij alledaagse activiteiten in de school verhogen: op professionele wijze inzetten van vrijwilligers als assistent in de klas, surveillant, … • Vertegenwoordiging ouders in bestuursstructuren

  42. Omgevingsinvloeden:schoolomgeving • Instructiekwaliteit: voor overgang, maar ook daarna (1ste leerjaar) (Downer & Pianta, 2006) • Affectieve kwaliteit leerkracht-kindrelaties

  43. Affectieve kwaliteitleerkracht-kindrelatie • Algemeen: • Kwaliteit van vroege leerkracht-leerlingrelatie = voorspellend voor schools welbevinden, prestaties en psychosociaal functioneren bovenop andere voorspellers • Vooral: conflict = risicofactor • Ook over leerjaren heen (bv. Hamre & Pianta, 2001) • Eigen onderzoek: • Wederzijdse verbanden tussen relationeel conflict en agressief gedrag in 3de kk  negatieve spiraal

  44. Transactionele verbanden? teacher-child conflict teacher-child conflict teacher-child conflict child aggressive behavior child aggressive behavior child aggressive behavior time 1 time 2 time 3 Doumen, Verschueren, et al. (2008, JCCAP, N = 148 kinderen uit 3de kleuterklas)

  45. teacher-child conflict teacher-child conflict teacher-child conflict .69*** .90*** .69*** .21* .17*** .30* child aggressive behavior child aggressive behavior child aggressive behavior .82*** .63*** time 1 time 2 time 3

  46. teacher-child conflict teacher-child conflict teacher-child conflict .69*** .90*** .69*** .21* .17*** .30* child aggressive behavior child aggressive behavior child aggressive behavior .82*** .63*** time 1 time 2 time 3

  47. teacher-child conflict teacher-child conflict teacher-child conflict .69*** .90*** .69*** .21* .17*** .30* child aggressive behavior child aggressive behavior child aggressive behavior .82*** .63*** time 1 time 2 time 3

  48. teacher-child conflict teacher-child conflict teacher-child conflict .69*** .90*** .69*** .21* .17*** .30* child aggressive behavior child aggressive behavior child aggressive behavior .82*** .63*** time 1 time 2 time 3

  49. Observaties in de klas (Sutherland & Oswald, 2005) Micro-analytisch: opeenvolgingen van leerkracht-kindinteracties en gedrag kind Betrokkenheid  Storend gedrag  Kind: storend gedrag Lk: meer vermijding, meer berisping, minder lof, … ….

  50. Kan nabije relatie met leerkracht compenseren voor risico’s? • Groeiende evidentie voor bufferend effect van nabije leerkracht-kindrelatie voor kinderen met risico’s op cognitief of sociaal-emotioneel vlak. • Eigen onderzoek • Kleuters met ‘moeilijk’ temperament

More Related