Organisatiecultuur

1. Organisatiecultuur Hoofdstuk 16

2. Leerdoelen • De verschillende elementen te noemen waaruit de organisatiecultuur bestaat • Sterke en zwakke culturen tegen elkaar af te zetten • De functionele en disfunctionele effecten van de organisatiecultuur op mensen aan te geven • De factoren te beschrijven die de organisatiecultuur in stand houden Hoofdstuk 16

3. Leerdoelen • Uiteen te zetten hoe de cultuur overgedragen wordt op werknemers • De organisatiecultuur te vergelijken met de nationale cultuur • De paradox van pluriformiteit uit te leggen Hoofdstuk 16

4. Een definitie van organisatiecultuur • Innovatie en risico's nemen • Aandacht voor details • Gerichtheid op resultaten • Gerichtheid op mensen • Gerichtheid op teams • Agressiviteit • Stabiliteit Hoofdstuk 16

5. Hebben organisaties een uniforme cultuur? Organisatie- cultuur Subculturen Kernwaarden Hoofdstuk 16

6. Wat doet de cultuur? Functies van de cultuur Cultuur als minpunt Hoofdstuk 16

7. De cultuur in leven houden Selectie Topmanagement Socialisatie Hoofdstuk 16

8. Hoe culturen ontstaan Topmanagement Filosofie van de oprichter Organisatie- cultuur Selectiecriteria Socialisatie Hoofdstuk 16

9. Verhalen Rituelen Hoe maken werknemers zich de cultuur eigen? Taal Materiële symbolen Hoofdstuk 16

10. Grote crisis Nieuw leiderschap Cultuurveranderingen begeleiden Een zwakke cultuur Organisatie is jong en klein Hoofdstuk 16

11. Een ethische cultuur creëren • Wees een zichtbaar rolmodel. • Draag ethische verwachtingen uit • Zorg voor ethiektraining • Beloon, voor iedereen zichtbaar, ethisch handelen en straf onethisch handelen • Zorg voor beschermingsmechanismen Hoofdstuk 16

12. Organisatiecultuur en de paradox van pluriformiteit Dominante organisatiewaarden Pluriformiteit op de werkvloer Hoofdstuk 16