1 / 23

Hoe reflecteren?

Hoe reflecteren?. Reflectiecyclus van Korthagen Theorie en voorbeeld . Vragen om reflectie te stimuleren. Fase 1: Handelen (=fase 5 vorige cyclus) Wat wilde ik bereiken? Waar wilde ik op letten? Welke competentie? Wat wilde ik uitproberen?. Vragen om reflectie te stimuleren.

lucky
Télécharger la présentation

Hoe reflecteren?

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Hoe reflecteren? Reflectiecyclus van Korthagen Theorie en voorbeeld

  2. Vragen om reflectie te stimuleren • Fase 1: Handelen (=fase 5 vorige cyclus) • Wat wilde ik bereiken? • Waar wilde ik op letten? Welke competentie? • Wat wilde ik uitproberen?

  3. Vragen om reflectie te stimuleren • Fase 2: terugblikken: wat gebeurde er concreet?

  4. Vragen om reflectie te stimuleren • Fase 3: bewustworden van essentiële aspecten • Hoe hangen de antwoorden op de vorige vragen met elkaar samen? • Wat is daarbij de invloed van de context / de school als geheel? • Wat betekent dit nu voor jou? • Wat is dus het probleem of de positieve ontdekking?

  5. Vragen om reflectie te stimuleren • Fase 4: alternatieven • Welke alternatieven zie je? • Welke voor- en nadelen hebben die? • Wat neem jij je nu voor voor de volgende keer?

  6. Fase 1 Handelen • Wat wilde ik bereiken? • In de mini-les, gegeven in het vak Leren en Onderwijzen, is duidelijk geworden dat ik het moeilijk heb met de tijdsplanningvan een les. Mijn persoonlijk doel is dit te optimaliseren. • Waar wilde ik op letten? • Goed onderwijs betekent ook adequaat klasmanagement. De tijd effectief benutten, vlotte overgangen van de ene werkvorm naar de andere,… dragen immers bij tot het creëren van een optimale leeromgeving. Timing is echter, in een vak als biologie, nog eens extra belangrijk daar een proef af MOET zijn op het einde van een les. Het ligt dan ook voor de hand dat ik als basiscompetentie de leraar als organisator heb gekozen.

  7. Kwalificatieprofiel van beginnende leraar • Verantwoordelijkheid t.a.v. de lerende • Begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen • Opvoeder • Inhoudelijk expert • Organisator • Innovator/onderzoeker • Verantwoordelijkheid t.a.v. de school en de onderwijsgemeenschap • Partner van de ouders/verzorgers • Lid van een schoolteam • Partner van externen • Lid van de onderwijsgemeenschap • Verantwoordelijkheid t.a.v. de maatschappij • Cultuurparticipant/intellectueel

  8. De leraar als organisator • De lerares beschikt over de nodige vaardigheden m.b.t. klasmanagement en creëert een stimulerende leeromgeving

  9. Wat wilde ik uitproberen? • Inschatten wat de beschikbare tijd is, dit aan de hand van een voorbereiding met gedetailleerde timing van elk lesonderdeel. Hier werd ook de mogelijkheid open gelaten om de timing aan te passen aan de praktijk. Hierbij is het belangrijk een goed onderscheid te maken van wat echt gezien moet worden en waar nog extra kan op worden ingegaan indien er nog meer tijd beschikbaar blijkt te zijn. • Nagaan of de ingeschatte timing en de timing in de praktijk overeenkomen. Verschillen werden in een andere kleur aangeduid op de LV • In een parallelklas de verschillen in verband met timing nagaan. De oorzaken van de verschillen onderzoeken

  10. Vragen aan de mentor wat haar ervaringen zijn. • Proeven eerst zelf uitvoeren en vergelijken met tijd die eraan gespendeerd wordt tijdens de les. Hierbij moet ik rekening houden met verschillende factoren zoals bv materiaal dat door een andere lkr wordt opzij geschoven. • Proeven eerst zelf uitvoeren en trachten in te schatten hoeveel tijd de lln eraan zullen spenderen. Eventueel zelf al voorbereiden van de proef zodat de studenten gedaan krijgen in één lesuur. • Elke proef op voorhand timen + foto nemen of filmpje maken. • Noteren waar het mis kan gaan bij de proef (tijdens voorbereiding).

  11. Fase 2 Terugblik • Wat gebeurde er concreet? Lkrperspectief • Wat wilde ik? • Ik wilde vooral beter inschatten hoelang een lesonderdeel kan en zal duren. Ook wou ik de mogelijkheid openlaten om de timing in de praktijk aan te passen. Dit betekende dat ik moest leren een vlotte overgang te maken als het nodig was en, op het moment zelf, moest bepalen welke leerstof belangrijk genoeg is om er meer tijd aan te spenderen dan voorzien • Wat deed ik? • Ik heb telkens getracht in te schatten wat de beschikbare tijd was, dit aan de hand van een voorbereiding met gedetailleerde timing van elk lesonderdeel. Telkens werd nagegaan of de ingeschatte timing en de timing in de praktijk overeenkwamen. Indien dit niet het geval was werd onderzocht om welke redenen de timing (en dan voor het tijdsverlies) in het honderd liep. Dit betekende dat ik me regelmatig dezelfde doelstelling voor ogen hield maar ook dat ik telkens tot een ander resultaat kwam.

  12. Wat dacht ik? • Natuurlijk kan ik voor mezelf een aantal conclusies formuleren van wat ik beter wel of niet kan doen, maar vaak werd de timing in de war gestuurd door oorzaken van buitenaf waar ik bijgevolg zelf niet veel kan aan veranderen. • Wat voelde ik? • Soms voelde ik me, in eerste instantie, een beetje hulpeloos. Op dat moment is het belangrijk om zo vlug mogelijk terug met beide voeten op de grond te staan. Ik heb wel gemerkt dat dit vlotter begint te gaan. Ik heb steeds minder problemen om mijn les aan te passen aan de noden van mijn leerlingen.

  13. Wat gebeurde er concreet (lln-perspectief) • Wilden? • De lln wilden een vlotte en gestructureerde les aangepast aan hun gedachtenwereld en leefwereld • Deden? • De leerlingen werkten over het algemeen zeer goed mee en zijn geïnteresseerd. Soms hebben ze wel wat aanmoediging nodig. • Dachten? • Soms vinden de lln het ook wel vervelend indien een les gestoord wordt. Ook heb ik gemerkt dat het voor hen zeer verwarrend is als je nog één onderwerp moet afwerken en aan een ander gaat beginnen in één les.

  14. Voelden? • De lln waar ik stage aan gegeven heb, hebben zich vooral aangepast aan mijn lesstijl en voelden zich hierbij goed. Toen ik gestart ben met lesgeven in de derdes lag de situatie enigszins anders. Deze lln hadden het zeer moeilijk met in het midden van het jaar zich te moeten aanpassen aan een nieuwe leraar. In het begin was het voor zowel hen als mij wat zoeken naar het tempo van lesgeven en de moeilijkheidsgraad. Ondertussen hebben zij mij goed aanvaard en verloopt alles vrij vlot.

  15. Fase 3 Bewustwording van essentiële aspecten • Hoe hangen de antwoorden op de vorige vragen met elkaar samen? • Ik denk dat aanpassing van zowel mijn kant als van de kant van de lln essentieel is. Ik moet vooral leren rekening houden met interindividuele verschillen tussen de lln en de verschillende klassen. Bovendien mag ik nooit twijfelen aan mezelf als ik mijn lesplanning en –timing wil aanpassen. • Wat is daarbij de invloed van de context? • De invloed van de context is enorm. Er zijn duizend en één factoren die de timing kunnen beïnvloeden en waar je zelf geen controle over hebt. Weer is de manier waarop je erop reageert en je aanpassingsvermogen het belangrijkst.

  16. Wat betekent dit nu voor mij? • Vele oorzaken liggen buiten mij controle. Ik kan er alleen voor zorgen dat ik perfect ben voorbereid en vol vertrouwen voor de klas sta. • Wat is dus het probleem? • Het probleem is dat je nooit weet waar je je kan aan verwachten waardoor ik minder zelfzeker wordt.

  17. Fase 4 Alternatieven • Welke alternatieven zie ik? • Goed voorbereid zijn, initiatieven durven nemen en niet twijfelen aan mezelf. • Welke voor- en nadelen hebben die? • Je weet nooit wat er gaat gebeuren of hoe de lln zullen reageren. Uiteindelijk moet je ook vertrouwen hebben in de leerlingen en dit start met vertrouwen in jezelf. Perfect voorbereid zijn zorgt er eveneens voor dat je verschillende richtingen uit kunt, afhankelijk van de noden van de leerlingen.

  18. Wat neem ik mij voor voor de volgende keer? • Communicatie met de mentor, de lln en de collega’s is zeer belangrijk • Ik mag niet aarzelen om van mijn timing en dus van mijn LV af te wijken indien ik dit nodig vind • Je lln kennen en niet onderschatten helpt bij het inschatten van de timing • Als lkr moet je ervoor zorgen dat je altijd extra lesmateriaal ter beschikking hebt. • Lln straffen of hen op iets negatief wijzen doe je niet juist voor de start van een les en waar heel de klas bij is maar je vraagt ze om eventjes langs te komen tijdens de speeltijd. Zo verloopt je les rustig en kan de voorziene leerstof gegeven worden. • Lln zo vlug mogelijk bij het begin van de les actief betrekken helpt om de les vlotter te laten verlopen en verzekert, voor een deel althans, hun medewerking voor de hele les. • Als een lln een anekdote wil vertellen dan kan dit, maar je moet de lln wel weer zo vlug mogelijk naar de lesinhoud en –opbouw sturen.

  19. Besluit • Ik heb veel geleerd en heb zeer veel zelfvertrouwen gekregen over mijn manier van lesgeven. Het vertrouwen dat de meeste leerlingen mij schenken geeft voldoening om mijn lessen ook aan hen persoonlijk aan te passen.

More Related