1 / 23

Leren veranderen

Leren veranderen. Leon de Caluwe. Denken over veranderen in 5 kleuren. Geel Blauw Rood Groen Wit. Geel: Dingen/mensen zullen veranderen, als je. Belangen bij elkaar brengt Ze kunt overhalen tot het innemen van bepaalde standpunten/meningen Win-winsituatie creëert/coalities vormt

Télécharger la présentation

Leren veranderen

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Leren veranderen Leon de Caluwe

  2. Denken over veranderen in 5 kleuren • Geel • Blauw • Rood • Groen • Wit

  3. Geel: Dingen/mensen zullen veranderen, als je • Belangen bij elkaar brengt • Ze kunt overhalen tot het innemen van bepaalde standpunten/meningen • Win-winsituatie creëert/coalities vormt • De voordelen kunt laten zien van bepaalde opvattingen (macht, status, invloed) • De neuzen kunt richten van de mensen die ‘ertoe doen’ • Ze in een onderhandelingsproces krijgt

  4. Geeldrukdenken • Veranderingen komen alleen tot stand als ze gesteund worden door een coalitie van machtshebbers • Communicatie, en onderhandelen zijn veelgebruikte interventies • Uitgangspunt is niet dat de sterkste partij altijd wint maar het gaat bij voorkeur op consensus • Belangrijke begrippen: onderhandelen, achterbannen (CAO) comités, mandaten, gezichtsverlies

  5. Succescriteria • Draagvlak is aanwezig • We zijn het eens; er is consensus • We hebben elkaar kunnen vinden • De sleutelfiguren staan erachter • Harde afspraken, een goede ‘deal’ • Geen verzet meer

  6. Kortom • Taboe op macht • Alternatief: Draagvlak; sleutelfiguren • De cliënt staat centraal • Positief: zelfbeeld; onderhandelen; gezond wantrouwen • Adviseren: Concept rapport

  7. Blauw: Dingen/mensen zullen veranderen, als je • Van tevoren een duidelijk resultaat/doel formuleert. • Een goed stappenplan maakt van A naar B • Keuzes baseert op inhoudelijke expertise en empirische bewijzen • De stappen goed monitort en op basis daarvan bijstuurt • Alles zoveel mogelijk stabiel houdt en beheerst • De omgevingscomplexiteit zoveel mogelijk reduceert

  8. Blauwdrukdenken • Veranderingen kunnen rationeel worden ontworpen en geïmplementeerd • De wijze van benadering is rationeel (planning) en empirisch (kengetallen) • Eerst denken (definiëren en ontwerpen) en daarna doen (implementeren) • Vaststellen van resultaten naar aanleiding van onderzoek door experts. • Dominante motto’s: meten is weten, gissen is missen en gokken is dokken, afspraak is afspraak • Belangrijk begrip: SMART stellen van doelen

  9. Succescriteria • De output is gehaald • Het plan is gevolgd • Het is meer efficiënt/effectief • Het is duidelijk • Grip op materie • Verantwoordelijkheden zijn helder

  10. Kortom • Resultaat belangrijk • Methodes: Analytisch; rationeel • Niet manipuleren • Werkzaam: deadlines; competitie element • Zelfbeeld: resultaat gericht • Stijl van management: Declarabele dagen • Voorbeeld van bedrijven: ICT en banken

  11. Rood: Dingen/mensen zullen veranderen, als je • Ze op de juiste manier prikkelt en motiveert • Het voor mensen aangenaam maakt (sociale settings) • Geavanceerde HRM-instrumenten inzet voor belonen, motiveren, promoveren, status • Ze aandacht, respect, vertrouwen en erkenning geeft • Ze iets teruggeeft voor wat zij jou geven

  12. Rooddrukdenken • Verandering vindt pas plaats als het gedrag van mensen op het werk zich wijzigt • Dat gebeurt als je er iets voor terug krijgt • Interventies: belonen (carrièrestap) en straffen • Het wij-gevoel en zorg hoort bij dit denken • Motto’s: het beste uit mensen halen, als team opereren • Belangrijke begrippen: bedrijfsfitness, verse cappuccino, one-liners

  13. Succescriteria • Mensen voelen zich verbonden • Mensen voelen zich serieus genomen en gewaardeerd • We kunnen mensen perspectief bieden • De sfeer is goed, men is trots • De ontwikkeling van mensen brengt onze organisatie verder • Goede samenwerking

  14. Kortom • Moeten moet je vermijden • HRM denken • Fit tussen individu en organisatie • Gaat het niet goed: Teambuilding en communicatietraining • Drijfveer: Saamhorigheid • Management: het beste uit mensen halen • Voorbeeld bedrijfstak: Zorg

  15. Groen: Dingen/mensen zullen veranderen, als je • Ze bewust maakt van nieuwe zienswijzen/eigen tekortkomingen • Ze kunt motiveren om nieuwe dingen te zien/te leren/te kunnen • Ze in staat stelt eigen leerdoelen te stellen en het eigen leerproces mee vorm te geven • Geschikte (gezamenlijke) leersituaties kunt creëren • Ze helpt groeien

  16. Groendrukdenken • Gedrag verandert als mensen leren • Cognitieve disfuncties zijn de oorzaak van veel problemen. • Om te leren is veiligheid nodig en een open en kwetsbare opstelling • Belangrijke begrippen: feedback, reflecteren, experimenteren, spiegelen, ontwikkelen, uitwisselen en veiligheid

  17. Succescriteria • Mensen experimenteren en onderzoeken • Mensen vragen om feedback • Mensen willen leren en reflecteren • Mensen verleggen hun grenzen • De goede voorbeelden worden gedeeld

  18. Kortom • Leren is veranderen • Methodiek: Organisatie ontwikkeling; denken in levensfasen • Flaps met acties en verbeterpunten • Fouten maken moet kunnen • Interventies: Spiegels en vensters (alternatieve oplossingen) • Voorbeeld bedrijfstak: Onderwijs

  19. Wit: Dingen/mensen zullen veranderen, als je • Aansluit op de ‘natuurlijke weg’, de ‘roeping’ van mensen zelf • Ruimte biedt voor de eigen energie, inspiratie en kracht van mensen • Dynamiek/complexiteit wilt duiden en kunt zien waar ‘de tijd rijp voor is’ • Eventuele blokkades wegneemt en conflicten optimaliseert • Betekenis toevoegt aan de processen waar mensen in zitten • Symbolen en rituelen gebruikt

  20. Witdrukdenken • Beïnvloeding van buiten (veranderaar of manager) is slechts beperkt mogelijk • Het gaat hier om vernieuwers, innovatoren • Men stelt ideeën, structuren, inetracties aan de kaak, die vitaliteit en vernieuwing in de weg staat • Belangrijke begrippen: betekenisgeving, innovatie, transformatie, symbolen en patronen

  21. Succescriteria • Mensen spelen in op nieuwe situaties • Er is ondernemerschap • Mensen willen weer • Mensen organiseren zichzelf dwars over afdelingsmuurtjes heeb • Er zit energie/leven in • Dingen hebben een heel andere betekenis dan voorheen

  22. Kortom • Alles is in beweging • Motor: Kracht, energie, vitaliteit • Metafoor: Vele beekjes maken een brede rivier • Hoge mate van zelfsturing • Voorbeeld bedrijfstak: ZZP (zelfstandige zonder personeel)

  23. Toepassing van kleuren • Organisatie: Alle kleuren nodig om in balans te blijven • Veranderen is kleur toevoegen • Geel en Blauw: Winnen en verliezen; de markt veroveren • Rood, Groen en Wit: Er zijn geen verliezers (bijv. VN). Consensus zoeken

More Related