1 / 58

The White Man’s Burden

The White Man’s Burden. College 2 Violence and Social Order. Drie typen Sociale ordening. I. De primitieve samenleving , oftewel de foraging order, jagers , verzamelaars , alleen persoonlijke relaties

virgo
Télécharger la présentation

The White Man’s Burden

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. The White Man’s Burden College 2 Violence and Social Order

  2. DrietypenSocialeordening • I. De primitievesamenleving, oftewel de foraging order, jagers, verzamelaars, alleenpersoonlijkerelaties • II. De geslotensamenleving: the closed access order oftewel de natural state, vooralpersoonlijkerelaties • III de open samenleving, the open access order, naastpersoonlijkerelatiesookonpersoonlijke (bijv. De burger)

  3. Geweld is eenprobleem • Geweldbeheersen op basis van persoonlijkecontactenkanalleen in kleinegroepen 25-50 mensen, die lerenelkaarkennen en vertrouwen • Groteregroepenhebbensocialeinstitutienodigomgeweldtebeheersen, persoonlijkecontacten is onvoldoende • Institutieszijn the rules of the game • Natural state: nietaanvalsverdrag in ruilvoorinkomsten, dominantecoalitie is niet permanent. Als 1 groepsterkerwordt: meerinkomsten • Open access orders: leger en politieondergeschiktaanpolitiek, onpersoonlijk, organisatiesdureneeuwigdusonafhankelijk van leven van hunleden

  4. Natural state • Fragile natural state: kanalleen de staatsteunen, geenenkeleandereorganisatie • Basic natural states: kanalleenorganisatiessteunenbinnen het kader van de staat • Mature natural states: kunnenookorganisatiesbuiten de staatondersteunen

  5. Op wegnaar Mature Natural state • Essentie is persoonlijkerelaties: dusgeenindividuelerechtenals elk individuverschillend is • Want relatiestussenindividuenhangenalleenaf van hunidentiteit in de dominantecoalitie • Nietiedereen had rechten: Koning, adel en vrijemensenwel. Anderenniet • Probleem was de integratie van kerk en staat • Karel de Grote werdgekroond door de Paus maar de vraag of de Paus de Keizer creëerde of andersombleefonbeantwoord • KatholiekeKerkwerdstaatskerk in het Oost-RomeinseRijk, Justinianus: De KerkhoudtzichaanRomeinsrecht (529) • Maar in RomeinsRecht was de Keizerde bron van wetten en stondzelfboven de wet

  6. De wettelijke basis van de Paus was de Keizer • Pauselijke macht was dus afgeleid van de Keizer als de kosmokrator, de leider van de wereld • Paus was de pantokrator, Gods wereldlijke vertegenwoordiger • Maar hoe kan de Paus de Keizer creëren terwijl de Keizer de Paus creëerde • Was nu de Paus of de Keizer de pantokrater? • Dit leidde tot de investituurstrijd • Wie mag de bisschoppen benoemen? • Oplossing 1222 de kerk nomineerde en de keizer of koning keurde kandidaten goed • Concilie Constance 1414: concilie was machtiger dan de Paus • Betekenis: Kerk was een onafhankelijke organisatie en zich zelf besturend, los van de staat • Paus vocht terug en riep geen concilies meer bijeen, Paus stond boven de wet, leidt tot reformatie na 1520

  7. Mature natural state: France/UK • Probleem van het garanderen van organisatieonafhankelijkheidwerdnietopgelost door de Kerk maar door de Staat • Eronstonden corporate identities voorrechtbanken, steden, financieleorganisatiesbinnen de regering • Lille werd half eeuwigdurendonpersoonlijk, los van de Kroon, stadsrechten • UK volgdeeenander pad, had ookalsFrankrijksteden en gilden met economische privileges • Midden 16e eeuw joint-stock companies (NV): Russia company, Virginia company, East Indies company etc. • Gecontroleerd door elites met juridischesteun van staat • 17e eeuwwordthandel/nijverheidbelangrijkerdanlandadel, dusnietalleenstrijdparlement-Koning

  8. English land law • Land is zeerbelangrijk in agrarischesamenlevingen, dusookvoordominantecoalitie • Eigendomsrechtenmaken land waardevol maar kunnenook de mogelijkheidom land tegebruikenom elite relatiestestructurenverminderen • Gaatdusom de vraagwanneereronpersoonlijkerechtenkomen op land • Begin: land van leenheergingbijoverlijdenterugnaarKoning • Legers werdengefinancierd met feodalerechten, duslegerleiderswerden op landerijengezet, persoonlijkerelatie • Tweede stadium: formaliseringerfelijkheid, 12e eeuw Coronation Charter, maar leenheerblijftbetalen en alshijminderjarig is regeert de Koning

  9. 1100 Coronation Charter • Macht Koning < ten gunste van adel en Kerk • Tegen over-taxation of the barons, the abuse of vacant sees, and the practices of simony (betalingsacramenten en posities in Kerk) and pluralism (financ. Voordelen) • Tot 1213 meestalgenegeerd • Voorloper van Magna Carta 1215, bescherming privileges baronnen t.o..v. Koning

  10. Copyholders = erfpachters, horigen • copyhold tenure was tenure of land according to the custom of the manor, the "title deeds" being a copy of the record of the manorial court.

  11. Freeholders = eeuwigebezitter • For an estate to be a freehold it must possess two qualities: immobility (property must be land or some interest issuing out of or annexed to land); and ownership of it must be of an indeterminate duration. If the time of ownership can be fixed and determined, then it cannot be a freehold.

  12. English land law • Eerste stadium: fragile natural state • Na verovering 1066 Willem de Veroveraar, Normans • Controle feodaal: land aan ridders in ruil voor ridderdienst, eerbetoon en trouw • Na dood ridder ging land terug Koning • Leger werd gefinancierd met feodale heffing

  13. English land law • Dus de band tussen Koning en Leenheer was persoonlijk! • Dit was fragile natural state, stadium I • In stadium II gaat het om de formalisering van erfelijkheid, leenheren wilden graag erfelijkheid! • Dat lukt eind 12e eeuw

  14. English Land law • Tweede stadium Begin 13e eeuw: basic natural state, • top kleinaantal landholders met freehold tenures met toegang tot Koninklijkhofvoordisputen • Aanonderkantmeestalgeen landholders, geentoegang tot Koninklijkhof maar manorial court van de lords van wiezij land kregen

  15. English land law • Derde stadium 1500-1660 • Copyholders: Lord was freeholder • Nu ook titleprotection copy holders in royal courts • copyholders konden worden beschermd tegen aggressieve landlords, na overlijden konden plichten vermeden worden met behulp van trusts, • dus rule of law voor elites, maturenatural state,

  16. eigendom werd onpersoonlijk na 1660 in VK • Na English Civil War 1641-49, Restoration 1660 • Einde feodale plichten military andknighttenures, richting onpersoonlijk bezit • Trust, eeuwige organisatie, losser staat, onpersoonlijk >

  17. Overgang limited to open access orders • Waaromzou de elite machtopgeven? • Datdoenzijalleenalszijdaarbelangbijhebben • Zodra de omstandighedentoestaandateronpersoonlijkerelatiestussen elites ontstaan, kunnen elites vindendat het in hunbelang is omhunonpersoonlijke privileges veiligtestellen door instituties

  18. Drie doorstep conditions • Rule of law for elites • Perpetually lived organizations in public and private spheres • Consolidated control of military

  19. Rule of law for elites • Oorsprong van eigendomsrechten en juridischesystemen is de definitie van elite privileges in natural state • Elite heefttoegang tot rechtssysteemwaarvanbeslissingenbindend en onbevooroordeeldzijn • In VK 1660 Tenures Abolition Act, rule of law for elites

  20. 1660 Tenuresabolition act • Passed in 1660 by the Convention Parliament shortly after the English Restoration, • replaced various types of military and religious service tenants owed to the Crown • with socage (heffing), and compensated the monarch with an annual fixed payment of £100,000 to be raised by means of a new tax on alcohol. Accijnzen!

  21. Eeuwigdurendeorganisaties • Organisatieslevenlangerdanindividueleleden • Datkannietzondereeneeuwigdurendestaat die eerdereafsprakenhonoreert • Onpersoonlijkdus, bijv. Corporate business with tradable shares • Belang van elite: meerwaardevoorhunaandelen

  22. Eeuwigdurendeorganisaties • Romeinenhadden rule of law for organizations maar lostenooitprobleem van eeuwigdurendeorganisaties op • Keizer was boven wet en bron van de wet • Wet bond de Keizer niet want die konhijveranderen • Soevereiniteit was in sterfelijkindividu

  23. vervolg • Keizer had rechtomorganisatiesteontbinden • Concilie van Constance 1414, ultiememacht was bijconcilie maar de Pausmoestconciliebijeenroepenelke 5 jaar maar de Paus deed datniet

  24. Controle over het leger • Cruciaal voor creëren van onpersoonlijke relaties binnen elite • Daar was elite niet op uit • Elite wildeveiligheid en stabiliteit

  25. VK, France, NL en USA bereiktenalseerste doorstep conditions • Individueleidentiteit van monarch werd minder belangrijk, opkomst van corporate identity van de staat • 18e eeuweeuwigdurende corporate state • MachtKoning <, maar ookmacht van elkeindividueleleiderstaatsorganisaties en private organisaties

  26. voorbeelden • Schatkistbewaarderbewaakte het geld alsindividu, nietalsstaatsdienaar, alshijstierfmoest men geld gaantellen en ontdekte men corruptie • Later werdzijnfunctieonpersoonlijk, kon men riskantieoperatiesverbieden

  27. voorbeelden • Handelscompagnieen • VK, NL, France: kolonialerijken door kooplieden toe testaankoloniaalbestuurteorganiseren • Gebeurdezondercontrole over leger • Pas in 1800 gebeurdedat, door militaireconcurrentie • Noodzaakkapitaal/handelbeschermen

  28. 1688 Glorious Revolution • Tories steunenlandadel en Koning, Whigs de handel • King James verbruit het bijbeide, 1688 • ZoekennieuweKoning Willem III met nieuwegrondwet, parlementmaakt wet, staatbovenKoning • Parlement was bron van belastingen • Sovereign debt onpersoonlijke liability Parlement, kredietwaardigheid >

  29. 1689 Bill of Rights • Koning mocht zich niet met Rechtspraak bemoeien • Parlementaire instemming met belasting • Koning mag zich niet bemoeien met verkiezing parlementariers • Freedom of speech in parlement

  30. Transitie open access in UK • UK had parlement, verkiezing, stemrecht, parlementairepartijen, corporations • Warengeenpolitiekepartijen, selectieparlement was nietgevolg van concurrentie maar keuze van lokale elite

  31. vervolg • Reform Act 1832, weg 57 rotten boroughs • Elites kregenmeergelijkepolitiekerechten • Onbedoeldgevolg: permanentepolitiekepartijen • Registratieplicht: prikkelvoorpolitiekepartijen • Partij discipline

  32. Rotten boroughs • A rotten borough was a parliamentary borough or constituency in the United Kingdom that had a very small electorate • could be used by a patron to gain undue and unrepresentative influence within the Unreformed House of Commons.

  33. vervolg 1. Uitbreidingkiesrecht: politiekepartijennogbelangrijker 2. Bubble act 1720, corporations needed still parliamentary support 3. 1844 registration act: NV’s kondenontstaanzondergoedkeuringregering 4. 1856 limited liability 5. Dusgelijkerechtenvoor elite!

  34. Transitie in Frankrijk • Frankrijk had weinigervaringparlement • 1848 Tweederepubliek, universeelmannenkiesrecht • Coup Napoleon III was president wordt Keizer 1852, pas 1871 DerdeRepubliek

  35. vervolg • 1808-1867 slechts 642 societe anonymes, toestemming Conseil D’Etat • 1863 Société a responsabilité limitée, geentoestemming van regeringnodig • Toenamebedrijven • Toenamepolitiekepartijen, multipartijensysteem dus niet tweepartijensysteemzoals in USA en UK

  36. Transitie in USA • Verkiezingenwarennietgenoegomdemocratietedoenfunctioneren • Hoe economie en politiekteintegrerenzodat open access gegarandeerd was voorallepartijen! • Factiesvoorkomen die economiecorrumperen • UK, France gebeurtnationaalniveau in VS op deelstaatniveau

  37. vervolg • Founders 1787 haddenmis over partijen, balans was in grondwet (limited powers) niet in politiekeconcurrentie • Madison was bang voorfacties die met geweldrechten van andere burgers < • Dusbelang van evenwichttussenfacties, duspolitiekeconcurrentie

  38. Madison • Madison was bang voor facties en dus ook voor politieke partijen • 1820/30 toch politieke partijen • Founderswere wrong: open access vereist open access tot politiek en economie, grondwet onvoldoende! • Mythe dat 1787 grondwet leidde tot balancedgrowth en sustainedecon. growth

  39. Vervolg VS • 1715-1815 federalistentegenoverRepublikeinen, ruzie Bank of the US • 1835-1854 Democratentegenover Whigs (tegenexploiteren econ. privileges ompolitiekepositie >) • Na 1854 demise Whigs (verdeeld over slavernij), concurrentieDemocraten (Zuiden)en Republikeinen (tegenslavernij)

  40. vervolg • 1846 generalincorporationlaws , free banking • Geen corporate privileges voor kleine groep • Open access beperkte de corruptie en rent creation van de corporate form • General incorporation ( en free banking) dusuitpolitiek , daardoorgeenpolitiekemanipulatie van deelstaatregering

  41. Kritiek op Douglass North • Client en patronage netwerken zijn er ook in Azië, maar Azië groeit wel! • Er is dus meer aan de hand • Cultuur, onderwijs etc.

  42. Goodwriting • makes sense. It allows your readers to understand your ideas, argument or main point without having to guess the who, what, when, where, why and how (5 Ws and H). • Good writing … makes you feel something, whether it is anger, sadness, eternal happiness or doubt.

  43. Good writing … takes the reader there. In other words, it is full of vivid descriptions and relevant examples that allow the reader to visualize the story in his or her mind. • Good writing … prompts the reader to think critically and reflect upon his or her own connection to the author’s ideas and experiences.

  44. Good writing … has a punch and engages the reader. In other words, it doesn’t make you want to go to sleep, bang your head on the wall or tear it into pieces out of sheer boredom.

  45. De Kaste I (niet best) Om onbegrijpelijke redenen heeft de internationale pers de nieuwe regering Letta het voordeel van de twijfel gegeven. Kennelijk is iedereen zo opgetogen dat de impasse doorbroken kon worden dat het denkvermogen even is beneveld. De Economist en de New York Times gaan zelfs zo ver dat zij hopen dat de nieuwe premier Letta gaat afrekenen met de oude politieke kaste door hervorming van het politieke systeem. Ik deel dit optimisme niet.

  46. De Kaste II (niet best) • Ons land is de laatste tien jaar instabiel geworden. Kabinetten komen en gaan met de zucht van de wind. Italië is echter al instabiel sinds het begin van de Republiek in 1946. In de afgelopen 67 jaar telde Italië maar liefst 61 regeringen. Daar kan ons land niet aan tippen.

  47. De Kaste I (beter) • De internationale pers geeft de nieuwe regering van premier EnricoLetta het voordeel van de twijfel. Kennelijk is iedereen zo opgelucht dat Italië uit de impasse lijkt te raken dat het wensdenken floreert. Het Britse weekblad The Economist en de Amerikaanse krant The New York Times hopen zelfs dat Letta gaat afrekenen met de oude politieke kaste. Ik vrees dat ik dit optimisme niet kan delen.

  48. De Kaste II (beter) • Qua instabiliteit kunnen wij nog veel leren van de Italianen. Zeker, Nederland is er de laatste tien jaar niet stabieler op geworden. Vijf kabinetten in tien jaar tijd! Italië is echter al sinds 1946, het begin van de Republiek, instabiel. In de afgelopen 67 jaar telde Italië maar liefst 61 regeringen.

  49. Stuivertje wisselen (slecht) • De Schotse econoom Adam Smith wees al in de 18e eeuw op het belang van sterke instituties voor economische groei. Zonder eigendomsrecht en onafhankelijke rechtspraak vaart bedrijvigheid immers niet wel. Smith verklaarde dan ook de stilstand van China in zijn tijd aan het ontbreken van sterke instituties. De opmars van het Verenigd Koninkrijk was volgens hem vooral het gevolg van de creatie van sterke instituties die de rechten van burgers beschermden. De Britse historicus, Niall Ferguson, betoogt in zijn boek The Great Degeneration, dat China en het Westen tegenwoordig stuivertje gewisseld hebben. Chinese instituties worden sterker en die van ons zwakker.

  50. Stuivertje wisselen (beter) • De Schotse econoom Adam Smith wees al in de achttiende eeuw op het belang van sterke instituties voor economische groei. Zonder onafhankelijke rechtspraak en bescherming van eigendom vaart bedrijvigheid immers niet wel. De stilstand van China en de opkomst van het Verenigd Koninkrijk in zijn tijd weet Smith dan ook aan het kwaliteitsverschil tussen de Chinese en Britse instituties De hedendaagse Britse historicus, Niall Ferguson, betoogt in zijn boek, The Great Degeneration, dat China en het Westen tegenwoordig stuivertje aan het wisselen zijn. Chinese instituties worden sterker terwijl die van ons verzwakken.

More Related