1 / 13

De vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

De vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking. Hoofdstuk 3: Naar een typologie van de vierde pijler Synthese. Definitie vierde pijlerorganisaties en -initiatieven.

dee
Télécharger la présentation

De vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. De vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking Hoofdstuk 3: Naar een typologie van de vierde pijler Synthese

  2. Definitie vierde pijlerorganisaties en -initiatieven • Dit zijn organisaties en initiatieven die een zekere mate van engagement ten opzichte van ontwikkelingssamenwerking in termen van tijd, organisatie en arbeidsmiddelen (die vrijwillig kunnen zijn) inhouden

  3. Waar gaat hoofdstuk 3 over? • Over ontwikkelingssamenwerking: • Intensiteit van de inzet • Ontwikkelingssamenwerking als nevenactiviteit of bijkomende doelstelling of als hoofddoelstelling • Inbedding in bestaande institutionele structuur • Geografische focus • Samenwerking in Noord en Zuid

  4. Intensiteit van de inzet • Vermaatschappelijking van ontwikkelingssamenwerking uit zich op verschillende manieren: • Meesten sporadisch bezig met het Noord-Zuidthema: • Organiseren inzamelacties van middelen of goederen voor een derde • Vrijwilligers: • Inzet voor campagnes van NGO’s • Stage doen bij een project in het buitenland • Deelnemen aan een inleefreis

  5. Intensiteit van de inzet • Uit een enquête in opdracht van 11.11.11 bij 1003 Vlamingen bleek dat 58% in 2007 persoonlijk geld heeft gegeven ten behoeve van de Derde Wereld • Het bedrag dat men gemiddeld doneerde, neemt toe Bron: Pollet & Huybrechts 2007, p. 35

  6. Intensiteit van de inzet • 1/8 respondenten verkoos om rechtstreeks aan het Zuiden te steunen (zonder tussenkomst België)  redenen? (Bron: Pollet & Huybrechts 2007, p. 41) • 60% Zekerheid dat de steun goed terechtkomt • 30% Heeft te maken met de persoon aan wie men geeft • 8% Directe betrokkenheid, mensen gelukkig maken • 2% Uit traditie • Andere manieren om te helpen: • Meer dan 1/10 Vlamingen helpt al eens met organisaties voor ontwikkelingssamenwerking mee (Bron: Pollet & Huybrechts 2007, p. 40)

  7. Ontwikkelingssamenwerking als bijkomende doelstelling of als hoofddoelstelling • Alshoofddoelstelling: • Ontstaan o.w.v. ontwikkelingssamenwerking • Houden zich enkel bezig met ontwikkelingssamenwerking • Overgrote meerderheid door gemeenten en provincies gesubsidieerde projecten + Initiatieven die men terugvindt op www.4depijler.be • Deze organisaties breiden zich het vaakst uit tot projectontwikkeling en implementatie in het Zuiden • Als bijkomende doelstelling of nevenactiviteit: • Ontwikkelingssamenwerking ≠ kernfocus • Men heeft een eigen sociale, commerciële of culturele focus, maar ontwikkelen daarnaast acties, projecten of programma’s rond het Noord-Zuidthema • Voor de ene is dit een nevenactiviteit van hun dagdagelijkse werking (scholen), terwijl andere, een internationale poot hebben uitgebouwd waarbij het een bijkomende doelstelling is geworden (vakbonden).

  8. Institutionele inbedding van de vierde pijler • Institutionele vierde pijler: • Instellingen uit zowat alle sectoren van de maatschappij die activiteiten en projecten hebben ontwikkeld rond ontwikkelingssamenwerking • Bv: Scholen, vakbonden, overheidsdiensten, … • Hebben toegang tot ondersteuning en erkenning binnen de instellingen zelf • Particuliere vierde pijler: • Initiatieven die zich hebben ontwikkeld buiten een institutionele structuur • Bv: Verenigingen, VZW’s, feitelijke verenigingen, vriendengroepen en individuen • Beschikt niet over institutionele ondersteuning vanuit de eigen sector

  9. Geografische focus van de werking • Enkel een Noordwerking: • Geen project, partner of programma in het Zuiden • Hoofdzakelijk organisaties die zich focussen op bewustmakingsactiviteiten, ontwikkelingseducatie, fondsenwerving voor andere NGO’s en vierde pijlerorganisatie • Enkel een Zuidwerking: • Geen activiteiten in het Noorden behalve zoektochten naar sponsors

  10. Samenwerking • Uit onderzoek bleek dat: • 3 op 4 organisaties samenwerkte met andere organisaties, instellingen of overheden, en dan vooral NGO’s en gemeentelijke overheden • 1 op 4 van de organisaties stond op haar autonomie en wees elke vorm van samenwerking af

  11. Waar kan ik dit vinden? • In de databank Limo •  Titel invoeren •  Boek

  12. Woordenlijst

  13. Bronnen • De Bruyn, T., Huyse, H. (2009). De vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking: voorbij de eerste kennismaking. Leuven: Hoger Instituut voor de Arbeid, K.U. Leuven.

More Related