1 / 26

tekst1

tekst1. klassieke talen = o.a. leren lezen!. Belang van lectuurreflectie. KVD. tekst1. Lectuurreflectie Latijn. tekst1. Illustratie aan de hand van opbouw Pliniusbrief I.6 (jachtpartijtje).

hide
Télécharger la présentation

tekst1

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. tekst1 klassieke talen = o.a. leren lezen! Belang vanlectuurreflectie KVD

  2. tekst1 Lectuurreflectie Latijn

  3. tekst1 Illustratie aan de hand vanopbouw Pliniusbrief I.6 (jachtpartijtje) Dit briefje lijkt een kattebelletje, maar ‘t zit gesofisticeerder in elkaar dan op het eerste zicht lijkt.

  4. tekst1 Toon aan dat Plinius dit briefje schrijft volgens de regels van een goed opgebouwd betoog. C. PLINIUS TACITO SUO S. Ridebis, et licet rideas1. Ego ille, quem nosti, apros2 tres et quidem3 pulcherrimos cepi. "Ipse?" inquis. Ipse, non tamen ut omnino4 ab inertia5 mea et quiete discederem. Ad retia6 sedebam; erat in proximo non venabulum7 aut lancea8, sed stilus9 et pugillares10; meditabar11 aliquid enotabamque12, ut, si manus vacuas, plenas tamen ceras13 reportarem14. Nu zul je zeker lachen, en met reden. Stel je voor: ik, ja de ik die je kent, heb drie evers gevangen, drie kanjers nog wel! 'Zelf?' vraag je. Jazeker, maar ik heb er mijn gemak en rust niet volledig voor moeten laten. Ik Zat bij de netten. Geen lans of werpspies had ik bij de hand, maar mijn stift en schrijftafeltjes. Bedacht ik iets, dan tekende ik het op. Zo kon ik wel met lege handen, maar toch niet met lege wastafeltjes thuiskomen.

  5. tekst1 Non est quod15 contemnas hoc studendi16 genus; mirum est, ut animus agitatione17 motuque corporis excitetur; iam18 undique silvae et solitudo ipsumque illud silentium, quod venationi19 datur, magna cogitationis20 incitamenta21 sunt. Proinde22, cum venabere23, licebit auctore me ut24 panarium25 et lagunculam26 sic etiam pugillares10 feras1. Experieris non Dianam27 magis montibus quam Minervam28 inerrare29. Vale. Spot niet te gauw met die manier van studeren. Het is verwonderlijk hoe de geest geactiveerd wordt door de bezigheid en de beweging van het lichaam. De bossen rondom en de verlatenheid en de stilte, precies die stilte die vereist is voor de jacht, zijn echte prikkels voor de geest. Wat ik je aanraad: als je nog eens op jacht gaat, neem dan niet alleen je pick-nick mee maar ook je schrijftafeltjes. Je zult ondervinden dat Minerva al evenzeer in het gebergte doolt als Diana. Gegroet.

  6. tekst1 captatiobenevolentiae (prikkelen van de nieuwsgierigheid) C. PLINIUS TACITO SUO S. Ridebis, et licet rideas1. Ego ille, quem nosti, apros2 tres et quidem3 pulcherrimos cepi. "Ipse?" inquis. Ipse, non tamen ut omnino4 ab inertia5 mea et quiete discederem. Ad retia6 sedebam; erat in proximo non venabulum7 aut lancea8, sed stilus9 et pugillares10; meditabar11 aliquid enotabamque12, ut, si manus vacuas, plenas tamen ceras13 reportarem14. Nu zul je zeker lachen, en met reden. Stel je voor: ik, ja de ik die je kent, heb drie evers gevangen, drie kanjers nog wel! 'Zelf?' vraag je. Jazeker, maar ik heb er mijn gemak en rust niet volledig voor moeten laten. Ik Zat bij de netten. Geen lans of werpspies had ik bij de hand, maar mijn stift en schrijftafeltjes. Bedacht ik iets, dan tekende ik het op. Zo kon ik wel met lege handen, maar toch niet met lege wastafeltjes thuiskomen.

  7. tekst1 C. PLINIUS TACITO SUO S. Ridebis, et licet rideas1. Ego ille, quem nosti, apros2 tres et quidem3 pulcherrimos cepi. "Ipse?" inquis. Ipse, non tamen ut omnino4 ab inertia5 mea et quiete discederem. Ad retia6 sedebam; erat in proximo non venabulum7 aut lancea8, sed stilus9 et pugillares10; meditabar11 aliquid enotabamque12, ut, si manus vacuas, plenas tamen ceras13 reportarem14. Nu zul je zeker lachen, en met reden. Stel je voor: ik, ja de ik die je kent, heb drie evers gevangen, drie kanjers nog wel! 'Zelf?' vraag je. Jazeker, maar ik heb er mijn gemak en rust niet volledig voor moeten laten. Ik zat bij de netten. Geen lans of werpspies had ik bij de hand, maar mijn stift en schrijftafeltjes. Bedacht ik iets, dan tekende ik het op. Zo kon ik wel met lege handen, maar toch niet met lege wastafeltjes thuiskomen. narratio (vermelding van het gegeven)

  8. tekst1 Non est quod15 contemnas hoc studendi16 genus; mirum est, ut animus agitatione17 motuque corporis excitetur; iam18 undique silvae et solitudo ipsumque illud silentium, quod venationi19 datur, magna cogitationis20 incitamenta21 sunt. Proinde22, cum venabere23, licebit auctore me ut24 panarium25 et lagunculam26 sic etiam pugillares10 feras1. Experieris non Dianam27 magis montibus quam Minervam28 inerrare29. Vale. Spot niet te gauw met die manier van studeren. Het is verwonderlijk hoe de geest geactiveerd wordt door de bezigheid en de beweging van het lichaam. De bossen rondom en de verlatenheid en de stilte, precies die stilte die vereist is voor de jacht, zijn echte prikkels voor de geest. Wat ik je aanraad: als je nog eens op jacht gaat, neem dan niet alleen je pick-nick mee maar ook je schrijftafeltjes. Je zult ondervinden dat Minerva al evenzeer in het gebergte doolt als Diana. Gegroet. argumentatio (argumentatie of verantwoording): fysieke ontspanning bevordert geestelijke inspanning

  9. tekst1 Non est quod15 contemnas hoc studendi16 genus; mirum est, ut animus agitatione17 motuque corporis excitetur; iam18 undique silvae et solitudo ipsumque illud silentium, quod venationi19 datur, magna cogitationis20 incitamenta21 sunt. Proinde22, cum venabere23, licebit auctore me ut24 panarium25 et lagunculam26 sic etiam pugillares10 feras1. Experieris non Dianam27 magis montibus quam Minervam28 inerrare29. Vale. Spot niet te gauw met die manier van studeren. Het is verwonderlijk hoe de geest geactiveerd wordt door de bezigheid en de beweging van het lichaam. De bossen rondom en de verlatenheid en de stilte, precies die stilte die vereist is voor de jacht, zijn echte prikkels voor de geest. Wat ik je aanraad: als je nog eens op jacht gaat, neem dan niet alleen je pick-nick mee maar ook je schrijftafeltjes. Je zult ondervinden dat Minerva al evenzeer in het gebergte doolt als Diana. Gegroet. peroratio (besluit): raad(‘combineer de studie met de jacht’) met uitvergroting (Diana (jacht) en Minerva(kunst, wijsheid) hand in hand - veralgemeent het gegeven dat tot nog toe vooral in concrete voorwerpen (venabulum et lancea t.o.v. stilus et pugillares bv.) ter sprake kwam)

  10. boek2 Illustratie: lezerssturing (manipulatie van de lezer) in Caesar DBG II.1

  11. kaart Context: na campagnes tegen de Helvetii en de Suebi laat Caesar z’n legioenen overwinteren bij de Sequani; zelf verblijft hij in GalliaCisalpina. nl.wikipedia.org/wiki/gallische_oorlog

  12. gekleurd ‘Overleg plegen om je vrijheid te bewaren’ heet hier ‘samenzweren’?! = in ‘t geheim= tegen wettig gezag Caesars voorstelling is geen neutrale, maar een "gekleurde" voorstelling van zaken. Cum esset Caesar in Citeriore Galliâ1 in hibernis2, - itauti supra demonstravimus, - crebri ad eumrumoresafferebantur, litterisque item Labieni3certior fiebat4 omnes Belgas5... quam6tertiam esse Galliaepartemdixeramus, ..contra populumRomanum coniurare7 obsidesque inter se dare. Coniurandi7 has esse causas: primum quod vererentur ne8 [omni pacatâ9Galliâ] ad eosexercitus noster adduceretur; deinde , quod ab nonnullis Gallis11 sollicitarentur12. Strikte scheiding tussen personage Caesar en schrijver Caesar ‘tegen de legioenen van Caesar’ heet hier ‘tegen het Romeinse volk’ ‘een deels onwettig leger’ heet hier ‘ons leger’ (= leger van het Romeinse volk) ‘verwoest, geplunderd, uitgemoord’ heet hier ‘tot vrede gebracht’ IR: woordenzijn in de mond van eenandergelegd…

  13. boek2 Illustratie aan de hand van - vergelijking van vertalingen van Caesar DBG I.1 - vertalingen van Ovidius, Narcissus en Echo

  14. tekst1 DBG I.1 Gallia est omnis divisa in partes tres quarumunamincoluntBelgae aliamAquitani tertiam [ii] qui ipsorumlinguâCeltae nostrâ Galli appellantur. Hi omneslinguâ, institutis, legibus inter se differunt. Gallos ab AquitanisGarunnaflumen a BelgisMatrona et Sequanadividit. Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, en het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’ en in de onze ‘Galliërs’ heten. Zij allen verschillen onderling door hun taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs, En de Marne en de Seine scheiden hen van de Belgen.

  15. VERTvr1 Voor de vertaal-vragen: zie cursus p.6 1. Hoe wordt omnis verschillend weergegeven? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  16. antw Hoe wordt omnis verschillend weergegeven? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  17. VERTvr2 2. Hoe wordt est divisa verschillend weergegeven? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  18. antw Hoe wordt est divisa weergegeven? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  19. VERTvr4 3. Voor de vertaling van de betrekkelijke bijzin ingeleid door quarum unam... zijn er duidelijk twee opties. Welke? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  20. antw Voor de vertaling van de betrekkelijke bijzin ingeleid door quarum unam... zijn er duidelijk twee opties. Welke? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  21. VERTvr5 4. Welke vertaling volgt het meeste de letter van de Latijnse tekst? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  22. antw Welke vertaling volgt het meeste de letter van de Latijnse tekst? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  23. antw Naarwelkevertalinggaat je voorkeur? En waarom? Gallië bestaat in zijn geheel uit drie delen, waarvan de Belgen er één bewonen, de Aquitaniërs een ander, het derde degenen die in hun eigen taal ‘Kelten’, in de onze ‘Galliërs’ heten. Allen verschillen onderling in taal, instellingen en wetten. De Garonne scheidt de Galliërs van de Aquitaniërs. De Marne en de Seine scheidt hen van de Belgen. vert. J.J.A.L Humblé (1975) Gallië bestaat in zijn volle uitgestrektheid uit drie delen. Eén daarvan wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs genoemd worden. Deze volken verschillen alle drie onderling op het punt van taal, instellingen en wetten. De Galliërs worden door de Garunna van de Aquitaniërs, door de Matrona en Sequana van de Belgen gescheiden. vert. F.H. van Katwijk‑Knapp (1981) Groot‑Gallië bestaat uit drie delen. Het eerste wordt bewoond door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs en het derde door mensen die in hun eigen taal Kelten en in de onze Galliërs heten. Deze volkeren verschillen van elkaar inzake taal, instellingen en wetgeving. De Galliërs zijn van de Aquitaniërs gescheiden door de Garonne en van de Belgen door de Marne en de Seine. vert. P. Claes (1989)

  24. boek2 Illustratie aan de hand van - vergelijking van vertalingen van Caesar DBG I.1 - vertalingen van Ovidius, Narcissus en Echo

  25. boek2 Fortepuer, comitumseductusabagminefido, dixerat: "Ecquisadest?" et "adest" responderat Echo. (werkvertaling Peristylium) Toen de jongen toevallig van z'n groep trouwe makkers was afgedwaald, zei hij: "Is er iemand?" en "Er is!" Had echo geantwoord. Het echo-effect vormt hier een vertaalprobleem.Hoe hebben rasvertalers dit opgelost? MdS Toevallig riep de jongen, die ver van zijn trouwe jachtgroep geraakt was: 'Is er iemand hier?' en Echo schreeuwde: 'Hier!'

  26. boek2 Illefugitfugiensque "Manus complexibusaufer; ante" ait "emoriarquamsittibicopianostri.“ Rettulitilla nihil nisi: "Sittibicopianostri." (werkvertaling Peristylium) Hij vluchtte en al vluchtend zei hij: "Neem je armen uit hun omhelzing! Ik sterf nog liever dan dat jij macht krijgt over ons!". Zij antwoordde niets anders dan: "Moge jij macht krijgen over ons!". Het echo-effect vormt hier een vertaalprobleem.Hoe hebben rasvertalers dit opgelost? MdS Hij zet het op een lopen, schreeuwend: 'Weg die armen, nee, nog liever wil ik sterven dan dat jij mijn hart mag winnen!' 'Datjij mijn hart mag winnen...' was haar antwoord, verder niets.

More Related