1 / 29

HOOFDSTUK XI

HOOFDSTUK XI. DE INVLOED VAN VERHITTING EN BLUSSTOFFEN OP INSTALLATIES. Cursus onderluitenant 200 8. Lt Frank Willems Brandweer Gent. 1. Schade aan installaties door brand. 1.a.

liko
Télécharger la présentation

HOOFDSTUK XI

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. HOOFDSTUK XI DE INVLOED VAN VERHITTING EN BLUSSTOFFEN OP INSTALLATIES Cursus onderluitenant 2008 Lt Frank WillemsBrandweer Gent

  2. 1. Schade aan installaties door brand

  3. 1.a Onder installaties wordt verstaan, een verzameling van toestellen, leidingen, machines, drukhouders ed die samen een eenheid vormen. Om bedrijfsstagnatie te voorkomen is het heel belangrijk om schade aan installaties te vermijden (salvage).

  4. 1.b • Installaties waarvan wordt verwacht dat er gemakkelijk brand of explosie kan voorkomen zijn berekend op dit gevaar door; • Opstelling in open lucht • Compartimentering • Automatische blusinstallaties (+ deluge) • Detectie-apparatuur • Explosieluiken en explosieonderdrukkers

  5. 1.c • Van gevaarlijke installaties moet in het interventieplan volgende gegevens worden vermeld; • Plaats • Globale werking • Inhoud gevaarlijke stoffen • Bedieningsinstructies • Blusmaatregelen • Coördinaten van de bedrijfsdeskundigen • Maatregelen om de omgeving te beschermen

  6. 1.1 Invloed van de brandhitte

  7. 1.1a • Installaties die normaal gezien gesloten zijn, kunnen door uitzetting of materiaalsterkte-verlies lek geraken of zelfs worden vernield. • Drukvaten leveren gevaar voor explosie door; • hoge temperatuur • Val, slag (door explosie, instorting) • Materiaalfouten • Bedienings- en vulfouten • Falende veiligheden

  8. 1.1b Vooral bij verhitting bestaat de kans op explosie van een drukvat. De druk in de drukhouders stijgt per graad Celsius met 1/273e deel van de oorsprokelijke druk. Een temperatuursverhoging van 273 °C verdubbeld dus de druk in een drukhouder. Wet van Gay-Lussac Alle gassen nemen bij verwarming aan volume toe met 1/273 per °C (constante druk).

  9. 1.1c Wet van Boyle en Mariotte De druk in een fles = het volume gas aanwezig in een fles, gedeeld door de inhoud van de fles. p x V = constante, bij gelijke temperatuur. Dus p1 x V1 = p2 x V2 De algemene gaswet p x V = constante T (T = absolute temperatuur in ° K)

  10. 1.1d Alle drukhouders, ongeacht waarmee ze gevuld zijn, kunnen bij te sterke verhitting exploderen (natuurkundige explosie); Is de drukhouder gevuld met een brandbaar gas dan kan na het openscheuren een tweede chemische explosie volgen. Opgelet met de toxiciteit van bepaalde stoffen

  11. 1.1e Toe te lichten; Acetyleenflessen Dampspanning (verzadigde) Verwarming van gassen (gassen zetten uit en kunnen tot zelfontbranding komen) Verwarming van vloeistoffen (sterke verdamping door hoge temp >>> risico = BLEVE) Blussen van brand aan een fles

  12. 1.1f Dampspanning: Elke vloeistof zal bij een bepaalde temperatuur in damp overgaan. De temperatuur waarbij een vloeistof in damp overgaat, is afhankelijk van de druk die boven de vloeistof heerst. Hoe hoger de druk in een vat is, hoe hoger de temperatuur moet zijn om een vloeistof aan de kook te brengen. Tijdens het koken stijgt de temperatuur niet verder.

  13. 1.1g Wordt de damp niet afgevoerd dan houdt na een zeker ogenblik de dampvorming op. De ruimte boven de vloeistof is dan met damp verzadigd. Deze verzadigde damp boven de vloeistof heeft een bepaalde druk, nl. de verzadigde dampspanning. Dit is de hoogste dampspanning die bij een bepaalde temperatuur kan bereikt worden.

  14. 1.2 Uitwerking van explosies

  15. 1.2a Bij explosies of instortingen kunnen installaties zo beschadigd worden dat zij lek raken. Hierdoor kunnen brandbare, giftige of op andere wijze schadelijke stoffen zich verspreiden. Bij het vrijkomen van sterk gekoeld gas bvb komt een snel verdampende vloeistof van extreem lage temperatuur vrij. Door die zeer snelle verdamping vormt zich direct veel gas. De samenstelling van de lucht wordt ter plaatse in zeer korte tijd drastisch gewijzigd. Door water toe te voegen kan de verdamping bevorderd worden.

  16. 1.3 Invloed van blusstoffen

  17. 1.3a • Het gebruik van waterstralen is bij de bestrijding in of bij installaties vaak nodig voor de afkoeling. • Opgelet echter met: • Sterke afkoeling door schrikken van materialen • Sterk gekoeld vloeibaar gas (toevoer van warmte!) • Stoomketels (x 1700) • Ovens, hardingsbaden, enz… (vorming van CO en H2) • Silo’s met vaste stoffen (uitzetting)

  18. 1.4 Onderbreken van reacties

  19. 1.4a In de industrie is het lang niet mogelijk om snel reacties of processen te onderbreken. Evenmin kunnen ovens snel gedoofd of afgekoeld worden. In nauw overleg met de bedrijfsdeskundigen moet per geval worden bekenen hoe het gevaar moet worden aangepakt. Regelmatig oefenen met de bedrijfsbrandweer is noodzakelijk!

  20. 1.5 Ontledingsproducten

  21. 1.5a Ontledingsproducten kunnen schade aan installaties veroorzaken, oa; Rook (roet) Zwaveldioxide SO2 Halogenen en halogeenverbindingen (bvb cloorwaterstof uit PVC) Uit 1 kg PVC kan 1 tot 1,5 liter zoutzuur van 35% gevormd worden.

  22. 2. Elektrische installaties

  23. 2.1 Landelijk koppelnet (transport) = 380000 Volt Elektrische kabines = 10000 Volt Huishoudelijk = 220 tot 380 Volt (lage spanning) Hoge spanning = + 500 Volt Zwakstroom = 24 Volt en max 100 Watt Wet van Ohm U = I X R Vermogen P = U X I

  24. 2.2 1 tot 3 mA geen merkbare invloed 4 tot 9 mA nog te verdragen 10 tot 20 mA pijnlijk 20 to 25 mA tijdelijke bewusteloosheid 50 tot 100 mA levensgevaar 100 mA en meer dodelijk Menselijke weerstand = 300 tot 300000 Ohm

  25. 2.3 Elektrische energie als ontstekingsbron Vonken kunnen ontstaan bij kortsluiting en bij massasluiting. Kortsluiting = twee stroomvoerende draden Massasluiting = contact met aarding Aardschakelaar 30 of 300 mA ? Veiligheden ? Statische elektriciteit ?

  26. 3.0 Gevaar van branden (Elektrische installaties) Wat kan gaan branden ??? Met olie gevulde transformatoren Olieschakelaars Grondkabels Isolatiemateriaal Blus nooit onder spanning staande hoogspanningsinstallaties !!!!!

  27. 3.0b PCB’s Polychlorobifenils Handelsnaam = ASKAREL Dit zijn gechloreerde verbindingen Twee gevaren: Koude verontreiniging (ongeschonden of lek) Warme verontreiniging (dioxinevorming bij lage temp alsook zoutzuurgas)

  28. 3.0c Wat te doen ? >>> info BIG -) Prov gouverneur inlichten (zorgt voor verwerking) + leefmilieu + Burgemeester -) Uitzetten van grote perimeter -) Voorkomen van erger (indijken + lek dichten) -) Eigenaar of exploitant opvorderen -) Opgelet met riolering (grachten en waterlopen) -) Opslaan van spil in metalen houders -) Bij brand koelen + blussen + hierboven

  29. Bedankt voor de aandacht en veel succes!

More Related