1 / 29

Programmatische Aanpak Stikstof & Bestemmingsplan gemeente Noordoostpolder

Programmatische Aanpak Stikstof & Bestemmingsplan gemeente Noordoostpolder Jasper van der Horst & Inge Hageman LTO Noord 8 februari 2013. Wat is Natura 2000. Europees netwerk van natuurgebieden waarin belangrijke flora en fauna voorkomen, gezien vanuit een Europees perspectief. Doel:

pearly
Télécharger la présentation

Programmatische Aanpak Stikstof & Bestemmingsplan gemeente Noordoostpolder

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Programmatische Aanpak Stikstof • & • Bestemmingsplan gemeente Noordoostpolder • Jasper van der Horst & Inge Hageman • LTO Noord • 8 februari 2013

  2. Wat is Natura 2000 • Europees netwerk van natuurgebieden waarin belangrijke flora en fauna voorkomen, gezien vanuit een Europees perspectief. • Doel: • Achteruitgang van biodiversiteit stoppen • Duurzame bescherming van planten, dieren en leefgebieden tegen negatieve invloeden van menselijke activiteiten. (Dat geldt ook voor activiteiten die buiten het natuurgebied gebeuren.) • Regelgeving: • Europees: Vogelrichtlijn (1979) en Habitatrichtlijn (1992) • Vertaling naar Nederlandse situatie: Natuurbeschermingswet

  3. Omvang Natura 2000 • Europese Unie: • 18.000 gebieden • 450.000 km2 • 10-15% van totale oppervlakte • Nederland: • 162 gebieden • 1,1 miljoen hectare (waarvan 2/3 open water)

  4. Natura 2000: kern van het probleem • Doel van Natura 2000 landelijk is de habitattypen en soorten in een gunstige staat van instandhouding te houden of te brengen. • In de afzonderlijke gebieden is de doelstelling behoud of verbetering. • In veel gebieden dreigt nu nog verslechtering. • Meerdere oorzaken, waarvan te hoge stikstofbelasting een belangrijke is; • RvS toetst bij vergunningen voor nieuwe activiteiten en uitbreidingen of aannemelijk is dat stikstoftoename het behalen van de doelstelling en voorkomen van achteruitgang niet in de weg staat.

  5. Stikstofdepositie • Ingewikkeld samenspel van juridische en ecologische factoren. • Achtergronddepositie: het niveau van stikstofconcentraties in de lucht. Dit niveau verschilt per gebied van ca. 3.500 tot minder dan 1.000 mol/ha/jaar. (1 mol N = 0,014 kg N) • Kritische depositiewaarde: grenswaarde waaronder stikstof niet schadelijk wordt geacht. Dit verschilt per gebied van 400 tot 2.400 mol/ha/jaar. • In ‘overbelaste situatie’: iedere toename heeft mogelijk significant negatieve gevolgen en is niet vergunbaar, tenzij het tegendeel wordt bewezen.

  6. Emissiereductie op bedrijfsniveau • concentratie ureum in urine (m.n. voeding) • hoeveelheid urine die na elke lozing op de vloer achterblijft (m.n. vloertype, -uitvoering en verblijftijd) • activiteit van het enzym urease afremmen • temperatuur (mest en lucht) • zuurgraad (pH) • luchtsnelheid (over vloer en mest in kelder) • hoeveelheid urine die in de stal wordt gedeponeerd (m.n. beweiding) • luchtuitwisseling tussen kelder en stal (vloertype) • verkleinen van het uitwisselingsoppervlak tussen mest en (stal)lucht • ammoniak uit de stallucht wegvangen (luchtwassers) • Bij bedrijfsvergroting is toename van emissie (en dus depositie) onvermijdelijk

  7. Oplossing: Programmatische Aanpak Stikstof • De stikstofbelasting moet in elk gebied dalen door landelijke, provinciale en gebiedsgerichte maatregelen; • Er worden ecologische herstelmaatregelen getroffen; • De stikstofmaatregelen en ecologische herstelmaatregelen zijn niet vrijblijvend en worden geborgd; • Er wordt binnen de dalende stikstofbelasting ruimte gecreëerd voor nieuwe activiteiten en uitbreidingen. • Deze 4 punten samen moeten garanderen dat: • de achteruitgang van de natuurkwaliteit stopt; • herstel de komende jaren te verwachten is; • economische ontwikkeling mogelijk is.

  8. Ontwikkelruimte

  9. Stikstofdepositie daalt

  10. Maar de PAS is nog niet gereed (1 januari 2014?) • En intussen worstelt de gemeente met een nieuw bestemmingsplan buitengebied

  11. Nieuw bestemmingsplan buitengebied • Gemeente NOP was een heel eind op weg (2010): • Structuurvisie • Ontwerp-bestemmingsplan • Bezwaren van o.a.: • Commissie voor de milieueffectrapportage (Commissie MER) • Rijksdienst voor Cultuur en erfgoed (RCE) • Provincie Flevoland

  12. Bezwaar 1: te weinig aandacht voor landschap

  13. Bezwaar 2: stikstofemissie kan teveel toenemen • In theorie op alle agrarische bouwblokken: • x koeien + y varkens + z kippen • + ontwikkeling recreatie, industrie, glastuinbouw • = onacceptabele toename van stikstofemissie

  14. Ontwikkeling rundvee

  15. Ontwikkeling varkens

  16. Ontwikkeling kippen

  17. Vervolg bestemmingsplan buitengebied • Procedure opnieuw: • Keuzedocument (in januari door gemeente raad vastgesteld) • Structuurvisie • Bestemmingsplan • Hoofdlijn voor landschappelijke ontwikkeling en erfuitbreiding vastgelegd. • Nog niet bepaald hoe uitbreiding van veehouderij in bestemmingsplan wordt geregeld.

  18. Uitgangspunten LTO Noord • Reële invulling van het bestemmingsplan door: • Ontwikkelingsruimte voor autonome ontwikkeling binnen het plan regelen (groei bestaande veehouderijbedrijven irt stoppers) • Geen beperkingen in de bedrijfsvoering op het gebied van ammoniak, gezien de komst van de PAS • Geen zonering binnen de gemeente (effect op stikstofdepositie gering, gevolgen bedrijven vaak groot)

  19. Mogelijk op te lossen door: • Uitsluitend uitbreidingsmogelijkheden op te nemen voor de bestaande veehouderijbedrijven • Beperkt aantal omschakelingen/verbredingen naar veehouderijbedrijven toestaan binnen de planperiode • Andere alternatieven?

  20. NB-wet vergunning • Waarom in Noordoostpolder een NB-wet vergunning nodig? • Bij uitbreiding bedrijf met (melk)vee toename van de depositie op nabijgelegen Natura 2000 gebied Wieden & Weerribben in Overijssel • Kwetsbare habitats met kritische depositie waarde van 700 mol N/ha/jaar • In overbelaste situatie toename depositie ongewenst • Uitgangspunt vergunningverlening Overijssel is beleidskader Natura 2000 en stikstof voor veehouderijen

  21. Natura 2000 gebieden Wieden&Weerribben

  22. Beleidskader Natura 2000 en stikstof voor veehouderijen • Uitgangspunten beleidskader • Drempelwaarde van 1 % van de kritische depositiewaarde (kdw = 700 mol N/ha/jaar, drempelwaarde 7 mol N/ha/jaar) • Gecorrigeerd emmissieplafond van daadwerkelijk aantal dieren op moment van aanwijzen, vermenigvuldigd met emissie per dierplaats conform AmvB-huisvesting • Uitgangsdatum: 1 februari 2009

  23. Bedrijven onder de drempelwaarde • Emissieplafond verlaagd tot gecorrigeerd emissieplafond • Eenmalig mag tot maximaal 50% van emmissiereductie benut worden voor bedrijfsontwikkeling • Bij toename van aantal dieren met als gevolg een toename van het gecorrigeerde emissieplafond mag door techniek of interne/externe saldering teniet worden gedaan • Saldering emissie mag met bedrijven uit geheel Overijssel • In 2028 moet gehele bedrijf voldoen aan emissienorm derde beheerplanperiode (tabel)

  24. Bedrijven met depositie boven de drempelwaarde • Emissieplafond verlaagd tot gecorrigeerd emissieplafond • Bij toename van aantal dieren geldt over de uitbreiding emissiewaarde derde beheerplanperiode • Indien als gevolg hiervan de depositie stijgt, dient deze toename teniet gedaan te worden door interne of externe saldering • Saldering van depositie op hetzelfde habitattype. • In 2028 moet gehele bedrijf voldoen aan emissienorm derde beheerplanperiode (tabel)

  25. Tabel emissiewaarde derde beheerplanperiode • Tabel 4 Overzicht emissiewaarden per dierplaats (kg ammoniak per dierplaats per jaar) zoals gehanteerd in dit beleidskader* • Rav-code Categorie Emissiewaarde Emissiewaarden Emissiewaarde Gerealiseerde reductie • traditionele AmvB- einde derde per dierplaats • stallen huisvesting beheerplan einde derde beheerplan • Varkens • D11 Biggenopfok 0,75 0,23 0,21 72% • D12 kraamzeugen 8,3 2,9 2,5 70% • D13 Gutse/dragende zeugen 4,2 2,6 2,3 45% • D3 Vleesvarkens 3,5 1,4 1,1 69% • Kippen • E2 Legkippen 0,315 0,125 0,111 65% • E4 Vleeskuikenouderdieren 0,580 0,435 0,250 57% • E5 vleeskuikens 0,080 0,045 0,037 54% • Melkvee • A161 Melkkoeien /beweiding 9,5 9,5 6,65 30% • A162 Melkkoeien/permanente • opstalling 11,0 9,5 5,5 50%

  26. Mogelijk maandag uitspraak Raad van State • Gevolgen: • Geen saldering op emissie meer mogelijk • Toetsingskader ongeldig? • Terugval op Crisis- en herstelwet (bestaand gebruik op datum aanwijzing)?

  27. Crisis- en herstelwet • Uitgangspunt is aanwezig aantal dieren op datum van aanwijzing van het gebied • Datum van aanwijzen: • Weerribben: 29 oktober 1986 • Wieden: 24 maart 2000

  28. Vergunningverlening onder de PAS • Mogelijk drempelwaarde waaronder geen NB-wet nodig is (zal laag zijn) • Beschikbare ontwikkelingsruimte moet verdeeld onder aanvragers • Nog geen spelregels verdeling bekend • Niet voor 1 januari 2014 in werking • I.p.v. Agro-stacks wordt Aerius 2.0 ontwikkeld (andere, gunstiger verspreidingsmodel ammoniak)

More Related