1 / 37

Thema: Rechtstaat en democratie. Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie

Thema: Rechtstaat en democratie. Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie. 1. Inleiding. Inleiding. Centrale vraag: hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich in de loop der tijd ontwikkeld?. 2. Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie. 2.

brigit
Télécharger la présentation

Thema: Rechtstaat en democratie. Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Thema: Rechtstaat en democratie. Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 1

  2. Inleiding Inleiding Centrale vraag: hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich in de loop der tijd ontwikkeld? 2 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 2

  3. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) Inleiding Hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich ontwikkeld tussen 1581 en 1848? 3 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 3

  4. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek Hoe werkte het bestuurssysteem van de Republiek? 4 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 4

  5. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek De Nederlanden waren van 1477 tot 1581 onderdeel van het Habsburgse rijk van Karel V en later Filips II. Tachtigjarige oorlog (de opstand). 1568 – 1648 (1609 – 1621 bestand) In 1581 Plakkaat van Verlatinghe. Zeer vernieuwend omdat daar in stond dat de regering er voor de burgers is en niet andersom. 5 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 5

  6. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek 6 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 6

  7. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek Opstand had 3 oorzaken; privileges, godsdienst, geld. Men was in wezen particularistisch. Filips II was centralistisch. 7 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 7

  8. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.1 De Nederlandse Opstand en de Republiek Bestuur Republiek: Staten-Generaal (Buit. Pol en defensie), Stadhouder (vaak een Oranje), Raadspensionaris. In de praktijk vaak polderen. Holland was het rijkst en machtigst Vanaf 1579 (UvU) vrijheid van geweten Calvinisme (hervormd/Gereformeerd) was de staatsgodsdienst. Heeft ook democratiserend gewerkt: volgens Calvijn mocht de overheid zich niet met de kerk bemoeien en iedereen moest de bijbel bestuderen. Bestuur was in handen van regenten. Een paar rijke families die elkaar baantjes toespeelden. 8 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 8

  9. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.2 De democratische revolutie (Welke opvattingen hadden 17e en 18e eeuwse denkers over de relatie tussen staat en onderdanen en welke veranderingen vonden plaats in het Nederlandse bestuur tussen 1781 en 1813) 1789 Franse revolutie. 1795 Bataafse Revolutie. Regenten geven macht af aan revolutionaire comités. Deze comités werden gesteund door Franse troepen die ons land binnenvielen. Deze revolutie begon gestalte te krijgen rond 1775. Werd gevoed door de ideeen van de Verlichting. Vanaf ca. 1760 ideeën van Verlichting in de Republiek. (Locke, Montesquieu, Rousseau).  9 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 9

  10. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.2 De democratische revolutie Democratische ideeën extra impuls door Amerikaanse democratische revolutie (1775-1783). Voor het eerst was er volkssoevereiniteit. 1781 Aan het Volk van Nederland van Joan Derk van der Capellen tot den Pol. Aanzet tot democratische verzetsbeweging. Noemen zich patriotten. Vooral tegen stadhouder. Patriotten nemen de macht over in grote delen van de Republiek. 10 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 10

  11. "Verzamelt U elk in Uw steden en ten plattelande in Uw dorpen. Komt vreedzaam bijeen, en kiest uit Uw midden een matig aantal goede, deugdzame, vrome mannen; kiest goede patriotten, waarop gij vertrouwen kunt. Zendt dezen als Uw gecommitteerden naar die plaatsen, waar de Staten van Uw verschillende provincies vergaderen en beveelt hun, dat zij zodra mogelijk bij elkander komen om uit naam en op het gezag dezer natie, met en naast de Staten van elke provincie een nauwkeurig onderzoek te doen naar de redenen van de verregaande traagheid en slapheid waarmee de bescherming van het land tegen een geduchte en vooral actieve vijand wordt behandeld. Beveelt hun verder, dat zij insgelijks met en naast de Staten der bijzondere provinciën een raad voor Zijne Hoogheid kiezen, en hoe eerder hoe liever al zulke middelen helpen beramen en in het werk stellen als tot redding van het benauwde vaderland dienstig zullen worden geoordeeld. Laaten uwe gecommitteerdens u lieden van tyd tot tyd, door middel der drukpers, in het publiek openlyk verslag doen van hunne verrigtingen. Zorg voor de vryheid der drukpers, want zy is de eenige steun van u lieder nationaale vryheid. Als men niet vry tot zyne medeburgers kan spreeken, nog hen by tyds waarschouwen, dan valt het den onderdrukkeren des volks zeer gemakkelyk hunne rol te speelen: hierom is het, dat zy, wier gedrag geen onderzoek kan lyden, altyd zo teegen de vryheid van schryven en drukken yveren, en wel gaarne zouden zien, dat niets gedrukt en verkogt wierd zonder permissie."

  12. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.2 De democratische revolutie 1786 vlucht stadhouder Willem V naar Nijmegen. De vrouw van Willem V wordt gearresteerd en haar broer, de koning van Pruisen, valt de Republiek binnen. De meeste patriotten vluchten naar Frankrijk. 14 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 14

  13. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.2 De democratische revolutie Begin 1795 keren de patriotten terug uit Frankrijk met het Franse leger van Napoleon. De stadhouder vlucht naar Engeland. De Bataafse Republiek wordt uitgeroepen. Iedereen gelijk voor de wet en godsdienstvrijheid. 1798 1e Nederlandse grondwet (eenheidstaat, algemeen mannenkiesrecht). 15 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 15

  14. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.2 De democratische revolutie 1799 slag bij Bergen 1801 greep Napoleon in en beperkte de macht vh parlement en voerde census kiesrecht in. 1805 Napoleon dictator 1806 stichting koninkrijk Holland met Louis Napoleon Bonaparte als koning 1810 onderdeel van het Franse Koninkrijk 1813 bevrijd door Britse en Russische troepen Vanaf dan Koninkrijk der Nederlanden Vanaf 1830 zonder België 16 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 16

  15. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.3 Het Koninkrijk der Nederlanden (Hoe werkte het Nederlandse bestuurssysteem tussen 1813 en 1848 en hoe ontstond de liberale stroming?) Onder koning Willem I (stadhouder willem-frederik) werd het Koninkrijk een constitutionele monarchie. Geen macht voor parlement. 1815 grondwet. Koning vanaf 1813 en tot 1830 inclusief België 17 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 17

  16. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.3 Het Koninkrijk der Nederlanden Pas vanaf 1840, als de welvaart groeit, verlangen naar terugkeer vd democratie onder de rijkere ontwikkelde middenklasse. Ze noemden zich de liberalen en werden de eerste politieke stroming. Ze wilden met name vrijheid van meningsuiting, vergadering en vereniging. Iedereen moest voor de wet gelijk zijn 18 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 18

  17. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.4 De grondwet van 1848 (Wat werd in 1848 in de grondwet gewijzigd en welke rol speelde Thorbecke daarbij?) In 1830 scheidde België zich af van het Koninkrijk der Nederlanden. Oorzaken: industrialisatie (daardoor sterke liberale burgerij) en katholiek. 1840 volgde Willem II (1792-1849) zijn vader op. 19 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 19

  18. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.4 De grondwet van 1848 Thorbecke vond dat niet participeren in het land leidde tot achterstand. Hij vond dat burgers inspraak moesten hebben op het bestuur. Dan zouden ze zich ook voor hun land gaan inzetten. Periode 1845-1848 overal in Europa problemen. En in 1848 op veel plekken revoluties Willem II was bang en gaf Thorbecke opdracht een moderne grondwet te schrijven. 20 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 20

  19. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.4 De grondwet van 1848 Dat deed hij: Tweede kamer gekozen door de burgers Eerste kamer door de prov. Staten Ministeriele verantwoordelijkheid Koning was onschendbaar Alle burgers kregen grondrechten (vrijheid van godsdienst, meningsuiting etc) Geen algemeen kiesrecht, maar censuskiesrecht (10% van de mannen). 21 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 21

  20. Hoofdstuk 1 De Nederlandse weg naar de vrijheid (1581-1848) • 1.4 De grondwet van 1848 Willem II had spijt maar stierf. Willem III (1817-1890) probeerde meer macht te krijgen, maar dit mislukte 22 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 22

  21. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) • Intro Deelvraag van dit hoofdstuk: Hoe heeft het Nederlandse bestuurssysteem zich ontwikkeld tussen 1848 en 1919? In deze periode grote veranderingen. Het ontstaan van partijen en stromingen en de aanloop naar algemeen kiesrecht. 23 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 23

  22. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) • 2.1 Het liberale tijdperk (Hoe werkte het parlementaire stelsel tussen 1848 en 1919?) Na 1848 was de 2e kamer een keurige aangelegenheid waar de leden onafhankelijk voor het belang van het land streden en niet voor hun achterban. Er waren nog geen partijen. Er waren wel liberale, katholieke, protestantse en conservatieve Kamerleden (verschillende beginselen). Dat kwam door het districtenstelsel. Elk district mocht 1 kamerlid kiezen. Er waren weinig tegenstellingen, want de kamer zat vol rijke burgers. 24 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 24

  23. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) • 2.1 Het liberale tijdperk In de 2e helft van de 20e eeuw ontwikkelde Nederland zich tot een industriële samenleving. In die samenleving groeide de invloed van de gewone man. Met name confessionelen en socialisten begonnen op te komen voor de belangen van deze gewone man. Soc. met name arbeidersklasse. Zo groeide onvrede. 25 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 25

  24. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.2 De confessionelen (Hoe ontstonden de confessionele politieke stromingen?) De eerste politieke partij in NL was de ARP (tegen de revolutie). Deze partij werd opgericht door Abraham Kuyper en ontstond uit de protestantse politieke stroming. 26 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 26

  25. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.2 De confessionelen Kuyper raakte in conflict met de liberalen. Liberalen wilden dat alle kinderen naar het openbaar onderwijs gingen om ze op te leiden tot goede burgers. Kuyper wilde kinderen tot “godvrezende christenen” opleiden. Dat mocht ook, er was vrijheid van onderwijs, maar deze scholen kregen geen geld van de overheid. 27 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 27

  26. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.2 De confessionelen In 1878 werden de kwaliteitseisen verhoogd en kwam er extra geld voor het onderwijs. Kuyper wilde dat ook, maar was alleen in de Kamer. Hij ging het land in om de massa te mobiliseren, maar faalde. Hij kwam tot de conclusie dat de protestanten zich moesten verenigen in een isolement. Met eigen kerken, scholen, vakbonden etc. Hij stichtte de gereformeerde kerk en de VU en de eerste pol. Partij van Nederland de ARP. Hij speelde vaak ook op de emotie. 28 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 28

  27. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.2 De confessionelen De katholieken gingen samenwerken met de protestanten in de schoolstrijd. Schaepman wilde de politiek gebruiken om de katholieken te emanciperen. Bovendien wilde hij de kath. arbeiders binden. 1916 KVP opgericht 29 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 29

  28. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.3 De socialisten (Hoe ontstond de socialistische politieke stroming?) Rond 1870 crisis en armoede in NL. De sociale kwestie genoemd. Arbeiders waren niet vertegenwoordigt inde politiek. Mede daardoor werden steeds meer arbeiders geïnteresseerd in het socialisme 30 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 30

  29. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.3 De socialisten In 1881 de marxistische Sociaaldemocratische bond opgericht. Met Ferd. Domela Nieuwenhuis. Deze werd later anarchist. In 1894 oprichting van de SDAP door PJ Troelstra. Onderdeel van de reformisten; klassenstrijd zal gewonnen worden door proletariers, maar tot die tijd proberen de omstandigheden te verbeteren. 31 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 31

  30. Hoofdstuk 2 Politieke stromingen (1848-1919) 2.4 Naar het algemeen kiesrecht (Hoe kwam het algemeen kiesrecht tot stand?) Sinds 1848 was er veel veranderd. 1917 grondwetswijziging: openbaar en bijzonder onderwijs gelijkgesteld, algemeen mannenkiesrecht, stelsel van evenredige vertegenwoordiging ipv districtenstelsel. 1919 vrouwenkiesrecht 1922 eerste verkiezingen. 32 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 32

  31. Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw (Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen 1920 en 1980?) 33 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 33

  32. Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw 3.1 Verzuiling en crisis (Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen 1920 en 1945?) Bij verkiezingen in deze periode altijd een meerderheid voor de conf. partijen Nederland was verzuild. Zuilen staan los van elkaar maar steunen de NL staat. Het gebouw is de staat. Pas in 1939 SDAP in de regering 34 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 34

  33. Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw 3.1 Verzuiling en crisis In interbellum crisis. Overal totalitaire bewegingen Opkomst communisten, fascisten en nat-socialisten, Franco in Spanje. Belangrijkste politicus was ARP-man, Colijn 1869 - 1944 35 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 35

  34. Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw 3.2 Naoorlogse zekerheid (Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen 1945 en 1965?) Na de oorlog, wederopbouw. Koude Oorlog. 1946 PVDA, 1948 VVD Opbouw verzorgingsstaat. De staat moet de burgers helpen en armoede bestrijden. 36 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 36

  35. Hoofdstuk 3 Democratie in de 20e eeuw 3.3 Ontzuiling en verdere democratisering (Hoe hebben de rechtstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen 1965 en 1980?) Jaren ’60 groeiende welvaart. Secularisering. Provo (1965 - 1967) 1966 oprichting D66 o.a. herinvoering districtenstelsel. 1977 CDA 37 Geschiedenis van de rechtstaat en de parlementaire democratie 37

More Related