university cooperation for development

1. university cooperation for development sharing minds, changing lives

2. Implementatie Politiek Akkoord -Open Informatiedag van 24 mei 2011 Frank Vermeulen, VLIR-UOS

3. Inhoud • Het politiek akkoord (PA): Een landenstrategie? • Geografische concentratie: Wat en hoe? • Een blik op oproepen in de toekomst • Een eerste strategie voor 5+1 landen

4. Het land staat centraal – de strategie wordt het referentiekader Huidige werkwijze: Programma staat centraal Oproep, selectie, financiering, beheer en personeelsorganisatie; Competitie speelt binnen programma met minimale strategische beperkingen behoudens ontwikkelingsrelevantie, lokale noden etc. Nieuwe werkwijze: Land staat centraal…maar DGD: Strategie, planning, budgettering, rapportering, resultaten VLIR-UOS: Streeft naar uitvoering landenstrategie op basis van programma’s (matrix) 4

5. 1. Land en strategie als referentiekader: een extra niveau

6. Het land staat centraal Planning, budgettering, rapportering enz: Landenbudget voor 3 jaar (2013-2015), indicatief voor 6 jaar Planning en rapportering (inhoudelijk en financieel) op landenniveau Budgetverschuivingen mogelijk binnen een landenbudget maar niet tussen landen Regionaal werken blijft gehandhaafd : via transversale en regionale initiatieven die budgettair herrekend worden naar de deelnemende landen; ‘Strategische’ oproepen 6

7. Een strategie als referentiekader? Een geïnformeerde beleidskeuze: Analyse voortraject en inventarisatie om te weten wie wat doet of heeft gedaan met inbegrip van ‘lessons learned’; Landenanalyse (HO landschap en beleidsdocumenten HO en armoedebestrijding); Wat kan het Vlaamse HO via VLIR-UOS bieden? Keuzen voor een relevante niche waar ‘matching’ haalbaar is VRAAG GEINFORMEERDE BELEIDSKEUZE AANBOD 7

8. Een strategie als referentiekader? Een referentiekader voor oproepen en selectie binnen een indicatief budgettair kader met verzekering van: relevantie (gericht op noden en vragen) complementariteit (afstemming op wat anderen doen) coherentie en synergie (intern binnen VLIR-UOS en ten aanzien van derden) haalbaarheid, in functie van draagvlak en interesse afstemming of internationale samenwerking (IS) Geografisch of thematisch, met een aangepast instrumentarium (IUS, EI enz.) in functie van doelstellingen, opportuniteiten en draagvlak Lange termijn (2013-2018), resultaatsgericht maar met voldoende flexibiliteit voor tussentijdse bijsturing 8

9. Samenvatting Landenkeuze met indicatief budget Formulering van een strategie Strategische oproepen Landenprogramma bestaande uit de financiering van # interventietypes Beheer, opvolging en evaluatie op landenniveau Voorziene effect: Betere afstemming van inspanningen met meerwaarde voor alle betrokkenen (flexibiliteit, uitwisseling, interdisciplinariteit, beleidsaansluiting enz.) Duidelijk langetermijnkader (investeren met perspectief) Meer mogelijkheden tot samenwerking voor gedeelde resultaten 9

10. 2. Het PA en geografische concentratie Maximum 20 VLIR-UOS partnerlanden ttz. landen waar Zuid-interventies kunnen worden uitgevoerd (IUS, EI, ZI) Minstens 7 gemeenschappelijk met CUD 70% van Zuidbudget dient te worden besteed in DGD-partnerlanden (18) Door VLIR geselecteerd op basis van de Benefit of the Doubt-methodologie (VLIR-UOS, uitgaven OW, en HDI) Op basis van bespreking van de lijst van voorgestelde partnerlanden, wenst DGD Palestina toe te voegen 10

11. 2. Gelijke verdeling over 20 landen in 2 groepen (70 – 30) of typologering? GELIJK voor 70% over 11 DGD-landen: Geen beleidskeuze; Moeilijk verzoenbaar met lopende programma’s (DRC); Abstractie makend van regionaal potentieel en effectieve verschillen (interesse, bestaand draagvlak enz); GELIJK voor 30% over 9 landen: Afbouw van belangrijke VLIR-UOS-landen (Kenia en Ethiopië) Zeer kleine budgeten (€ 500.000/jaar) – strategie beperkt en nergens IUS mogelijk. Interne opvolging/organisatie voor 20 landen bepaald door DGD-beleid 11

12. 2. Typologering ook buiten budget wenselijk • Van 60% (Actieplan 2013-2015) naar 70% (Actieplan 2016-2018) met begrip voor historische engagementen (Filippijnen enz.) • Op basis van VLIR-UOS-voorgeschiedenis: • Exploratie (opbouw nieuwe landen) • Consolidatie (handhaven van bestaande dynamieken) • Valorisatie (verdieping, replicatie of regionale accenten) • Op basis van het profiel van het betrokken land: • MIC (valorisatie, aansluiting bij IS); • Klassieke samenwerking (capaciteitsopbouw) • Zwakke staat (basiscapaciteit, grote omkadering) • Opvangen door: • Strategie-invulling; • Mogelijks aangepaste modaliteiten inzake werking/financiering; • Bij voorkeur uniform-transparant geheel van interventietypes

13. 2. Geografische concentratie en beheer • Landenstrategie als referentiekader voor oproepen, selectie en beheer • Deze logica vertalen naar een aanpassing van gemandateerde commissies • Geografische commissies zijn in dit verband een mogelijkheid: • Samenstelling: Vertegenwoordigers van het N en Z met ondervoorzitters per land dat deel uitmaakt van de commissie: • Bijvoorbeeld: Commissie Oost-Afrika met bevoegdheid voor Kenia, Ethiopië, Oeganda en Tanzania • Mandaat: • Selectie en tussentijdse opvolging • Aftoetsing uitvoering van de strategie; • Mogelijks initiatiefrecht gericht op afstemming en coherentie. • Daarnaast regio-overleg met alle promotoren werkzaam binnen het gebied waarvoor een commissie is belast voor: • Informatie-uitwisseling, afstemming en identificatie van opportuniteiten • Aansluiting bij nationale of internationale transversale programma’s;

14. 2. Een vrije marge 6% van het Zuidbudget is vrij ttz. geografische concentratie en/of strategieën zijn niet van toepassing Dit vertegenwoordigt een budget van € 2 mio per actieplan: strategisch in te zetten Bijv. initiatieven die omwille van verschillende redenen moeilijk inpasbaar zijn (of gewenst niet inpasbaar) in dit nieuwe kader 14

15. 2. Het PA en de Noord-Acties? De Noord-Acties bestaat uit verschillende en erg uiteenlopende interventietypes (REI, VLADOC, ICP, O*-Platformen enz.) Deze vallen buiten het PA maar het is strategisch wenselijk om deze waar mogelijk of relevant mee te nemen in de strategieformulering Noord-Acties zijn mogelijk in VLIR-UOS-partnerlanden (#20) en de VLIR-UOS-landen (#34) VLIR-UOS in nauw overleg met DGD zal in dit verband mogelijke scenario’s ontwikkelen die zijn gericht op: Maximale coherentie binnen VLIR-UOS op basis van een mogelijke rationalisatie van het aantal interventietypes; Het overstijgen van de huidige weinig bruikbare opdeling tussen Noord en Zuid, door vooral uit te gaan van de finaliteit van het interventietype 15

16. 3. VLIR-UOS-oproepen: organisatie in de toekomst? • VLIR-UOS werkt nu met jaarbudgetten waardoor iedereen een gelijke cyclus doorloopt inzake selectie, contractering en jaarlijkse planning/rapportering. Dit zorgt voor transparantie en gelijkheid onder promotoren; • Administratieve en financiële onderbouw vanaf 2013 op basis van 3-6-9-12 en afstemming van VLIR-UOS-cycli is wenselijk aangezien: • het handhaven van transparantie en gelijkheid belangrijk is; • 85% van de middelen van het Zuidbudget vooraf moeten worden geprogrammeerd (in 2012 voor Actieplan 2013-2015) • Dit kan worden gerealiseerd door (benaderende cijfers): • IUS (60%) met 3-jaarlijkse intakes • EI (20%) met 3-jaarlijkse oproepen • Een eerste oproep ZI (5%) gevolgd door oproepen tijdens de uitvoering van het Actieplan (15%)

17. 3. VLIR-UOS-oproepen: waarmee rekening houden? Het systeem van oproepen blijft behouden Bij selectie bijkomende criterium: ‘In welke mate sluit het voorstel aan bij de VLIR-UOS-strategie?’ Rekening houdend met bovenstaand bij voorbereiding/formulering Geografische commissie Identificatie van verbanden en synergieën met andere voorstellen Suggesties tot ex-ante of tussentijdse bijsturing vragen (afstemming, samenwerking, netwerking enz.) Behouden wat goed is: Strategische randvoorwaarden (geografisch en inhoudelijk) verzoenen met wetenschappelijk initiatiefrecht => ownership garantie ! VLIR-UOS financiert samenwerking tussen gemotiveerde en geëngageerde wetenschappers Draagvlak en eigenaarschap zijn daarvoor noodzakelijke voorwaarden. 17

18. 4. Een eerste strategie voor 5+1 Het PA dient uitgevoerd te worden volgens een overeengekomen kalender met de volgende scharniermomenten: 6-jarig Strategisch programma (december 2011) Mid-2012 eerste voorstel van Actieplan (2013-2015) Najaar 2012 finaal voorstel van Strategisch programma en Actieplan I aan Stuurgroep Positie van DGD: Er is ruimte om over inhoud, dekking (# landen) en normen (60 % en 85 % voor Actieplan 1) te onderhandelen in het kader van een overgangsactieplan Onderhandeld compromis: Actieplan 1: 6 uitgewerkte strategieën, 14 beschrijvende maar open strategieën Actieplan 2: 20 uitgewerkte strategieën 18

19. 4. Een eerste strategie voor 5+1 De meerjarenprogrammatie van het IUS-programma noodzaakt de selectie van 3 à 5 nieuwe IUS-partnerinstellingen tegen 2013(Jaar 1) Rekening houdend met normen van het PA Integratie van 2 processen (formulering landenstrategie en IUS-partnerselectie) 5 landen werden voorgesteld op basis van: PA-normen (4/5 zijn DGD-partnerlanden) Evenwichtige mix tussen continenten, profielen (LIC en MIC), consolidatie en vernieuwing Rekening houdend met bestaande VLIR-UOS-dynamiek, regionaal potentieel enz. 19

20. 4. Een eerste strategie voor 5+1 Cuba, Ecuador, Oeganda, Tanzania en Vietnam zijn kandidaatlanden voor nieuwe IUS-partners De DR Congo-strategie vergt weinig bijkomende inspanningen aangezien: De voornaamste engagementen zijn genomen en dus vooral een consolidatie wordt voorzien; Er is een landenvertegenwoordiger en VLIR-UOS heeft reeds aangepaste landstructuren (commissie) 20

21. 4. Herijking van IUS binnen de nieuwe landenwerking IUS (zoals andere interventietypes) wordt een middel tot een hoger doel (strategie); Budgettair (kan 60% van landenbudget zijn) en inzake termijn (12 jaar), het meest belangrijke onderdeel van een strategie, afstemming en inschakeling is van primordiaal belang; Review van IUS reeds ingezet in 2010 met een bevraging Noord (IUS-coördinatoren mei 2010) en Think Tank (15 okt. 2010) Bedoeling: lessons learned in kaart brengen; optimaliseren van instrumentarium en aanpassing aan nieuwe context (strategie) Hoe: begeleiding door externe experten en denktank Via tussentijdse feedbackmomenten komen tot aanbevelingen Integratie in landenstrategie-uitwerking Draagvlakversterking via IUC Policy Workshop – indicatief maart 2012 21

22. DANK U EN VRAGEN ZIJN WELKOM ! DANK U – VRAGEN ZIJN WELKOM !