1 / 29

Governance: oude wijn in nieuwe zakken?

Governance: oude wijn in nieuwe zakken?. Vijfde inleidende college governance. governance. Gouverneren is gewoon besturen Besturen is doelgericht beïnvloeden Zelfbestuur vanuit autonome positie was ooit uitgangspunt in gewone primitieve wereld

xuan
Télécharger la présentation

Governance: oude wijn in nieuwe zakken?

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Governance: oude wijn in nieuwe zakken? Vijfde inleidende college governance

  2. governance • Gouverneren is gewoon besturen • Besturen is doelgericht beïnvloeden • Zelfbestuur vanuit autonome positie was ooit uitgangspunt in gewone primitieve wereld • High trust samenlevingen opgebouwd op basis van institutionalisering vertrouwen, vooral in onderwijssysteem e.d.. • Regelsystemen die daarbij horen zijn geleidelijk verstatelijkt, van dwang voorzien en verbonden met geweldsmonopolie

  3. Centrale hypothese • Voor aantal governance- concepten waaronder toezicht geldt een analoge dynamiek, dus voorspellingen: • Geleidelijke uitholling governance als institutie • Crisis onvermijdelijk tenzij tijdig onderkend

  4. Governance waarden • Checks and balances centraal in besturing, dus rond bevoegde actor steeds een of meer toezichthouders • Toezien schept vertrouwen bij alle betrokkenen rond onder toezicht gestelde • Toezien verhoogt performance van onder toezicht gestelde Dus transactiekosten samenleving door toezicht omlaag

  5. Governance als prothese • Prothese begrip van Sloterdijk: verhouding tot institutie: prothese is niet (zoals institutie) de maatschappelijke expressie van de deugd, maar het artefact dat de deugd overbodig maakt: het kinderdagverblijf is vervangend moederschap • Formalisering van integriteit, bijvoorbeeld in de vorm van een gedragscode, vernietigt integriteit als deugd • Governance is een prothese voor deugdzaamheid (en vernietigt dus mogelijk deugdzaamheid)

  6. Immunisering als levenswijze • Omgang met risico's van de soort die in onze samenleving dominant is (complex): • Anticipatie • Adaptatie en mitigatie • Veerkrachtontwikkeling • Immunisering (bijvoorbeeld door strenge standaarden voor boekhouding en verantwoording) Protheses immuniseren

  7. De positie van Nederland • In private sector gewoon meedobberen met de mondiale ontwikkeling • Immunisering van bestuurders en toezichthouders en accountants tot gevolg • In publieke sector soortgelijke ontwikkeling maar bovendien structurele trend democratie in de richting van monocentrische opvatting

  8. Democratie-ontwikkeling • Inde wereld twee theoretische hoofdvarianten: monocentrisch en pluricentrisch • Monocentrisch: meerderheidsregel domineert, dus parlement is baas van de staat, dus minister verantwoordelijk aan parlement, dus verticale verhoudingen • Pluricentrisch: checks and balances dominant, dus machtenscheiding, dus trias politica, dus ook horizontale verhoudingen • Nederland heeft pluricentrische traditie, maar die staat onder grote druk als gevolg van beweging politiek in de richting van personalisme en mediacratie

  9. Bureaucratie-ontwikkeling NL • Control op de troon als gevolg van angst voor schandalen (mooi voorbeeld zgn hbo-fraude) • Innovatie komt onvoldoende van de grond vanwege risicomijding • Kosten toezicht en kwaliteitszorg schrikbarend hoog • Inhoudelijkheid verdwijnt geleidelijk

  10. Governance publieke sector NL • Te onderscheiden externe en interne governance • Externe governance betreft de relatie tussen ministerie en zelfstandige organisatie in de publieke sector • Interne governance betreft tenminste de relatie tussen de organen van de zelfstandige orgnaisatie

  11. Externe governance • Ministerie oefent langs tal van wegen massieve gedetailleerde invloed uit: • Regelgeving vaak extreem gedetailleerd • Concessie of licentie met plancyclus • Benoemingen RvT en RvB • Financieel regime • Inspectie en accountancy • Incidenten • Goedkeuring iedere strategische beslissing Uitzonderingen: in sommige sectoren domineert streven naar autonomie, vaak gemengd met marktwerking, en vindt geleidelijke vergroting van vrijheid plaats

  12. Gevolgen externe governance • Dominantie verticale relatie • Vaak onvoldoende aandacht voor overige stakeholders • Hoge transactiekosten • Innovatie gecompliceerd • Traagheid • Afhankelijkheid van politieke modes

  13. Interne governance • RvT ex lege intern toezichthouder, maar mede schildfunctie tgo ministerie • Tevens eis van empathie met positie minister, ook als minister geen reciprociteit betracht • Daardoor verhouding tussen RvB en RvT ook complexer dan normaal

  14. vrijheid • Discretionair vermogen vaak noodzakelijk geacht voor topkwaliteit • Disciplinering via governance en control vaak gemotiveerd door noodzaak tot beëindiging oneigenlijke privileges elitaire professionals • Op achtergrond waarschijnlijk ook steeds de legitimiteit van de sturende instanties aan de orde, die inhoudelijk geen partij zijn

  15. Governance private sector • Commissies die tot codes komen en zelfbinding veroorzaken • Peters (1997) en Tabaksblat (2003) • Comply or explain • In code zowel principes als concrete bepalingen • Wetgeving als wapen achter de hand: strategische dreiging

  16. bezoldigingsbeleid • Betaal zoveel dat je bekwame bestuurders krijgt • Sytematiseer vast en variabel deel • Wees transparant • Specifieke bepalingen over opties • Beperkingen in beggingsvrijheid

  17. Raad van Commissarissen • Taak is toezicht • Profielschets • Reglement • Competentie-eisen • Opleidingen • Max 5 commissariaten per persoon • Audit-, remuneratie- en benoemings-en selectie-commissie

  18. Algemene vergadering van aandeelhouders • Moet invloed kunnen doen gelden • Verbod van allerlei constructies die aandeelhouder tot lame duck maken • Moet rvc kunnen beinvloeden

  19. Verantwoording over governance • Aandeelhouders kunnen RvB enRvC ter verantwoording roepen voor wijze waarop code is gehanteerd • Zij kunnen alle rechten gebruiken om naleving af te dwingen • Uitgegaan van two-tierstructuur

  20. Oecd • Guidelines on corporate governance algemeen (2004) • Guidelines on corporate governance of state-owned enterprises (2005) • Non-binding

  21. Waarom guidelines voor SOE • Op zich zelf belangrijk • Maakt SOE ook aantrekkelijker voor privatisering

  22. Redenen voor state-ownership • Natuurlijk monopolie • Regionaal ontwikkelingsbeleid • Industriebeleid • Productie collectieve goederen (in NL ook wel rol voor SOE als voortrekker/controlegroep, bijv. Haags aannemersbedrijf)

  23. Redenen voor verandering • Globalisering van markt • Deregulering • Ideologische ontwikkeling

  24. Complicaties SOE • Oneigenlijke bescherming (kunnen niet failliet gaan) • Verantwoordelijkheid voor performance in handen van een keten van actoren zonder heldere rolverdeling

  25. Wie vallen onder guidelines? • Ondernemingen met rechtspersoonlijkheid • Er moet sprake zijn van commerciele activiteiten • Ook van toepassing bij gedeeltelijke staatseigendom

  26. onderdelen • Wettelijk en bestuurlijk kader • De staat als eigenaar • Gelijkwaardige behandeling van aandeelhouders • Transparantie • Verantwoordelijkheden bsturen en interne toezichthouders van SOE

  27. Wettelijk en bestuurlijk kader • Creeer level playing field • SCHEID EIGENAARSROL EN ANDERE ROLLEN, IHB DIE VAN REGULATOR (MARKTMEESTER) OF LEVERANCIER

  28. De staat als eigenaar • Creeer een competente, binnen de overheid zelfstandige eenheid die als eigenaar optreedt • Specificeer je doelen als eigenaar zorgvuldig naar de onderneming • Geef volledige operationele autonomie aan de onderneming • Wees niet te wispelturig

  29. Transparantie • Leg de verschillende rollen aangaande de onderneming goed uit aan het grote publiek

More Related