1 / 46

Hoe neem je waar?

Sirenekamp 2004 door Wouter van Reeven. Hoe neem je waar?. Inhoud. Magnituden Informatie over objecten Sterrenkaarten Computerprogramma's Co ördinaten Monteringen van telescopen Starhoppen Digitale cirkels Computer gestuurde telescopen Hoe haal ik zo veel mogelijk uit mijn telescoop?

molly
Télécharger la présentation

Hoe neem je waar?

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Sirenekamp 2004door Wouter van Reeven Hoe neem je waar?

  2. Inhoud • Magnituden • Informatie over objecten • Sterrenkaarten • Computerprogramma's • Coördinaten • Monteringen van telescopen • Starhoppen • Digitale cirkels • Computer gestuurde telescopen • Hoe haal ik zo veel mogelijk uit mijn telescoop? • Vragen

  3. Het Magnituden Systeem • Ingevoerd door Hipparchos in de 2e eeuw BC • Helderste sterren zijn m=1 • Zwakste sterren zijn m=6 • Moderne schaal opgesteld door N.R. Pogson (1856) d.m.v. fotoëlectrische waarnemingen • Ontdekte ook nog eens 6 planetoiden, maar dat terzijde...

  4. Magnituden • Per definitie geldt: 5 magnituden groter betekent 100 keer zwakker, ofwel 1 magnitude verschil is een helderheidsverschil van • Dat wil zeggen, als mA=3.72, mB=6.16, mC=11.01 en mD=13.45, dan ish.h.v.sterA en sterB = h.h.v.sterC en sterD = 2.5122.44 = 9.46h.h.v.sterA en sterC = h.h.v.sterB en sterD = 2.5127.29 = 824

  5. Kleur • Kleur is de interpretatie van de hersenen van de golflengte of energie van licht • Rood licht heeft een grote golflengte (~ 650nm) en weinig energie • Blauw licht heeft een kleine golflengte (~ 450nm) en veel energie

  6. Magnituden en kleur • Johnson UBV systeem • Overige banden RIJKLMN • Kleurindex: magnitude verschil tussen twee banden, b.v. U-B, B-V • Hoge kleurindex = rood object • Lage kleurindex = blauw object

  7. De totale helderheid vaneen dubbelster • Kan berekend worden metb.v. m1=3.60 en m2=5.80, dan isdus is de totale helderheid van de dubbelster mtot=3.47

  8. Oppervlakte helderheid • Intensiteit per eenheid van oppervlak (mag/asec2) • met D grote as in 0.1', d kleine as in 0.1' en C een kleine constante • b.v. NGC 123 met afmetingen 1.7' x 1.4' en m=13.3 • Dit is een GEMIDDELDE waarde!

  9. Informatie over objecten • Almanakken, zoals de Sterrengids • Catalogi, zoals Tycho, WDS, GCVS, Messier, NGC (vele vele duizenden) • Boeken, zoals Burnham, DSFG • Tijdschriften, zoals UniVersum, Zenit, Sky&Tel. • Websites, zoals- http://cfa-www.harvard.edu/iau/mpc.html- http://encke.jpl.nasa.gov/- http://seds.org/- http://ngcic.org/- http://simbad.u-strasbg.fr/Simbad- http://nedwww.ipac.caltech.edu/

  10. Sterrenkaarten • Sterren zijn bolletjes, hoe groter hoe helderder • Symbolen voor objecten komen vaak overeen, b.v.* dubbelster streepje door ster* variabele ster cirkel om ster* open sterrenhoop "dotted" cirkel* bolhoop cirkel met + erin* gasnevel contourlijnen* planetaire nevel cirkel met "spikes"* sterrenstelsel ellips

  11. Even een testje...

  12. Sterrenkaarten (2) • Soms sterrenbeeldlijnen • Grenzen sterrenbeelden • Sterrenbeeldnamen • Gridlijnen van Rechte Klimming en Declinatie • Soms Melkwegcontouren • Soms centrale lijn van Melkweg • Sterren gekleurd • Deepsky objecten gekleurd • Aanduidingen wisselen, b.v. Messier vs. NGC

  13. Software • Hoge nauwkeurigheid in berekeningen posities zonnestelsel objecten • Grote databases met planetoiden, sterren en deepsky objecten • In grote mate configureerbaar voor tijd, plaats, coördinatensysteem • In grote mate configureerbaar wat het afbeelden van sterren en overige objecten, alsmede hulplijnen etc. betreft • Kan vaak telescoop en/of CCD camera besturen

  14. Voorbeeld: NGC7000

  15. Voorbeeld 2: NGC7320

  16. Coördinaten • Coördinaten op aarde zijn bolcoördinaten. • De coördinaat gemeten langs de evenaar heet "lengte" en loodrecht erop, richting een van de polen, heet "breedte" • Coördinaten Utrecht:52° 05' N 5° 08' E • Coördinaten Sirene:44° 00' N05° 29' E

  17. Azimuthaal stelsel • Gemeten in lokaal systeem van de waarnemer, dus afhankelijk van locatie waarnemer en tijd • Azimuth gemeten vanaf Noord, via West, Zuid en Oost langs de horizon • Hoogte gemeten vanaf de horizon tot aan zenit (=pool)

  18. Equatoriaal stelsel • Gemeten op de hemelbol, dus vast • Rechte Klimming gemeten langs hemelevenaar in uren. Lentepunt = 0h, Herfstpunt = 12h • Declinatie gemeten vanaf hemelevenaar tot aan hemelpolen

  19. Altazimuthale monteringen • Beweegt telescoop in horizontaal coördinaten systeem • Bekend van de "dobson" telescopen • Voor: - compact- licht- makkelijk zelf bouwen • Na:- lastig volgen- beeldveld draait

  20. Equatoriale monteringen • Beweegt in equatoriaal coördinaten systeem • Voor:- makkelijk volgen- geen beeldveldrotatieNa:- moet goed uitgericht worden op hemelpool- grote telescoop betekent grote zware montering- moeilijker zelf bouwen

  21. Starhoppen • Techniek om zonder digitale cirkels of computersturing een telescoop op een object te richten • Vereist kennis van het telescoopsysteem- Beeldveld en grensmagnitude zoeker- Beeldveld en grensmagnitude oculairs- "Vertaling" beeldveld naar kaart en terug • Heeft veel oefening nodig om het snel te kunnen

  22. Starhoppen voorbeeld 1 : M13

  23. Starhoppen voorbeeld 1 : M13 Equatoriaal Azimuthaal

  24. Starhoppen voorbeeld 2 : M57

  25. Starhoppen voorbeeld 2 : M57 Azimuthaal Equatoriaal

  26. Starhoppen voorbeeld 3 : NGC7331

  27. Digitale cirkels • Stellen je in staat om coördinaten van object in te stellen zodat telescoop goed gericht is • Goede uitlijning op pool vereiste • Referentiepunt aan de hemel nodig

  28. Computer gestuurde telescopen • Voer een objectnaam in en *zoemmm* je telescoop staat erop gericht! • Kan zowel met handcomputer (Meade, Celestron etc) of met PC (SkyMap, TheGuide, XEphem)

  29. Hoe dit alles toe te passen? • Ken je telescoop- weet hoe groot het beeldveld van de zoeker is- weet welke vergrotingen en beeldveldgroottes je oculairs geven- weet ongeveer tot hoe zwak je kunt gaan met je telescoop

  30. Hoe dit alles toe te passen? • Bereid je waarnemingen voor- bepaal welke sterrenbeelden je kunt zien- maak een lijstje met op te zoeken objecten- leg alles klaar en zorg er voor dat je niks vergeet, zoals kaarten, telescoop, assecoires, rode lamp, papier, ooglap etc

  31. Hoe dit alles toe te passen? • Ken je weg aan de hemel- leer in ieder geval wat van de bekendste sterrenbeelden kennen- neem een draaibare sterrenkaart oid mee- zorg ervoor (lijstje) dat je weet welk object waar staat, of dat je weet waar je dat kunt opzoeken

  32. Hoe dit alles toe te passen? • Neem de tijd om aan het donker te wennen • Zorg ervoor dat je zo min mogelijk licht in je ogen krijgt • Pas perifeer waarnemen toe • Gebruik een ooglap of een donkere doek over je hoofd • Neem de tijd om waar te nemen (15 - 30 minuten)

  33. Hoe dit alles toe te passen? • Laat je telescoop goed afkoelen • Gebruik een variatie aan vergrotingen • Wees uitgerust • Zorg voor een confortabele waarneemhouding

  34. Hoe dit alles toe te passen? • Bekijk het waar te nemen object vooraf op foto's • Noteer of teken je waarnemingen • Vergelijk je waarnemingen met die van anderen • Vergelijk je waarnemingen met foto's na je waarnemingen

  35. Vragen

More Related