1 / 51

Management, Organisatie en gedrag Hoofdstuk 1,6,7

Management, Organisatie en gedrag Hoofdstuk 1,6,7. Management wat is dat nou eigenlijks ?. Leerdoelen. Wat is management en welke factoren zijn belangrijk Een definitie te geven van motivatie Wat zijn content en procestheorieën en wat zijn de verschillen?

rachel
Télécharger la présentation

Management, Organisatie en gedrag Hoofdstuk 1,6,7

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Management, Organisatie en gedragHoofdstuk 1,6,7 Management wat is dat nou eigenlijks?

  2. Leerdoelen • Wat is management en welke factoren zijn belangrijk • Een definitie te geven van motivatie • Wat zijn content en procestheorieën en wat zijn de verschillen? • Je kan Maslow en Herzberg, Vroom, Adams en Latham en Lock in hoofdlijnen beschrijven. • Hoe je medewerkers in de praktijk kan motiveren

  3. Korte intro: • Managment??? • Wat is dat nou eigenlijks. Welke functies en rollen heb je als manager?? • Welk gedrag zal er worden verwacht en in hoevere hebben deze invloed op elkaar. Intentie vs gedrag

  4. Intentie vs gedrag • wat je wilt bereiken formeel Voorbeeld:   `Ik heb de intentie morgen weer naar huis te gaan.`Synoniemen:   opzet, bedoeling ... • http://www.youtube.com/watch?v=3Y0JUQqjIjs

  5. 1.1 Management, Organisatie en gedrag • Doel: Het creëren van een effectieve en efficiënte organisatie • Probleem?????? • Voornamelijk is de oorzaak gedrag. Dit gedrag moet worden veranderd. • Wie zijn gedrag is het probleem? • Zowel individueel als groepsniveau

  6. Groeps of individueel niveau • Welk 3 verschillende niveaus zijn er • Micro- individu en het proces. (psychologie). • Meso- individu en verschijnselen binnen de groep. (sociale psychologie). • Macro- Groepsgedrag. ( Sociologie).

  7. Welke discipline richten wij ons op? • Zowel op het psychologische , sociologische en sociaal psychologische aspect

  8. Specifieke aspecten van gedrag binnen een organisatie. • Perceptie: Effectief waarnemen. • Sociale perceptie. • Persoonlijkheid. • Intelligentie en leren. • Motivatie • Communicatie

  9. Specifieke aspecten van gedrag binnen een organisatie. • Sociale beïnvloeding • Leiderschap • Beslissen • Strategisch management • Organisatiestructuur • Organisatiecultuur • HRM

  10. Maar eerst.... • Voordat er zal worden ingegaan op deze aspecten gaan we eerst in op de algemene indeling van organisaties, wat managers doen en hoe er over management wordt gedacht.

  11. 1.2 Organisatie, effectiviteit,efficiëntie en management • Wat is een organisatie???? Een formeel en gestructureerd samenwerkingsverband van mensen die een of meerdere gemeenschappelijke belangen nastreven. • Deze komen voort uit drie kernelementen: • Mensen • De aanwezigheid van structuur • De aanwezigheid van een of meer doelen

  12. Effectiviteit en efficiëntie • Een weegschaal om winst te kunnen maken. • Zie figuur 1,3a en 1,3 b van Hoofdstuk 1

  13. 1.3 De functies van managers • Iedereen heeft hetzelfde doel. Echter om succes te krijgen moeten alle neuzen dezelfde kant op staan. Het gaat dus om denkwijzen constant te kunnnen beinvloeden. Om als manager dit bij de groep voor elkaar te krijgen moet je rekening houden met:

  14. Functie • Plannen (je bent een planner) • Organiseren (je hebt totaaloverzicht) • Leiding geven (Leiderschap) • Controleren (Controleur) • Ieder type manager gaat anders om met de tijdverdeling per functie (figuur 1.5 reader).

  15. 1.4 De rollen van managers • Een manager heeft 3 rollen • Interpersoonlijke rollen (leider,verbinder) • Informatie rollen (verspreider) • Besluitvormingsrollen (ondernemer,probleemoplosser,onderhandelaar). • (zie Tabel 1.1 pagina 24)

  16. 1.5 Eigenschappen en vaardigheden van managers • Alle vaardigheden zijn samengevat tot 4 basisvaardigheden om succesvol te kunnen werken. • Conceptueel inzicht • Interpersoonlijke vaardigheden • Technische vaardigheden • Politieke vaardigheden

  17. 1.6 Intergratie van functies, rollen, eigenschappen en vaardigheden • Dit gaat dus om Samenhang en worden en staat in tabel 1.4 duidelijk weergegeven. • Bij elke rol heeft de gemiddelde, succesvolle en effectieve manager een gemiddelde tijdsverdeling .

  18. 1.7 Denkbeelden over managment • Hofstede (1993) deed onderzoek naar 116.000 werknemers. Uit dit onderzoek kwamen dat de beleving over goed managment in elke cultuur anders ligt dit is onder te verdelen in vier groepen: • Individualisme • Machtsafstand • Het vermijden van onzekerheid • Masculiniteit versus feminiteit

  19. Management, Organisatie en gedragHoofdstuk 6 Motivatie de sleutel tot succes?

  20. Wat is motivatie Motivatie is het proces dat de aanzet, richting, intensiteit en de duur van gedrag bepaalt bij het willen te bereiken van een bepaald doel. - Basiselementen: • De behoefte om iets te gaan doen • De manier waarop. • De remmende of stimulerende invloed van de omgeving

  21. Motiviatietheorie • Twee soorten: • Wat kan of de inhoud van de motivatie Of • Hoe kan? • Cognitieve en omgevingsfactoren

  22. Maslow (pag 182) http://www.youtube.com/watch?v=l7xvddOgUfc

  23. Alderfer • Stelt in 192 een wijziging voor de ERG theorie: • Extistence (materieel bestaan) • Relatednes (interpersoonlijke contacten) • Growth (persoonlijke ontwikkeling)

  24. McClelland: Aangeleerde behoeften • 4 categorieën van aangeleerde behoeften: • Needforachievement. • Needfor power • Needforaffilation • Need voor advoidance

  25. Needforachievement • Gemiddelde taakmoeilijkheid • Verantwoording voor de prestatie • Behoefte aan feedback • Innovatief van aard

  26. Hertzberg • Kritieke incidente • Op welk moment gaat je motivatie eraan en waarom?

  27. Werk intrinsieke factoren • Factoren die bepalen of de mens zich goed voelt in hun werk en direct met de persoon te maken hebben • Dit worden motivatoren of satisfiers genoemd

  28. Werk extrinsieke factoren • Dit zijn factoren die bepalen of een persoon zich niet goed voelen in hun werk • Dissatisfiers genoemd • Gevoel : Je voelt je oneerlijk behandeld of zich geblokeerd in hun functioneren.

  29. Verwachtingstheorie van Vroom • Expectancy (verwachting) • Instrumentality (instrumenten/middelen) • Valance (Waarde) • Want ja aan alles zitten consequenties

  30. Rechtvaardigheidstheorie van Adams • Eerlijke behandeling de basis voor motivatie bepaald gedrag

  31. De rol van Atributie bij motivatie • Verklaart hoe mensen gedrag waarnemen en interpreteren. • Fig 6.8 pag 198

  32. Goalsetting • Eisen aan een doel: • Het doel moet duidelijk en concreet zijn • Het doel moet haalbaar zijn • Het doel moeten medewerker aanspreken • De medewerkers moeten het doel aanvaarden en feedback kunnen geven en genoeg uitdaging bieden

  33. Management, Organisatie en gedragHoofdstuk 7 Communicatie

  34. Leerdoelen

  35. 7.1 Wat is communicatie

  36. 7.1.1 Verbale communicatie

  37. 7.1.2 Non-verbale en para linguïstischecommunicatie

  38. 7.2 Het communicatieproces

  39. Hoe geef je effectief feedback?

  40. 7.3 Problemen bij communicatie • Ruis • Referentiekader

  41. Communicatiestructuur binnen organisaties • Verticale communicatie • Horizontale communicatie • Laterale communicatie

  42. Verticale communicatie

  43. Horizontale communicatie

  44. Laterale communicatie

  45. 7.3.5 Factoren in de organisatiecultuur

  46. 7.4 Effectieve communicatie • Communicatie is effectief wanneer er bij de zender en de ontvanger overeenstemming bestaat over de gedragsconsequenties van de boodschap = De zender heeft een doel met zijn boodschap; wanneer dit doel bereikt wordt is de communicatie effectief.

  47. 7.5 Het verbeteren van communicatie in de organisatie • Dit is mogelijk op twee niveaus: • Interpersoonlijk niveau • Voorbereiding • Luistervaardigheden • Taalgebruik • Feedback • Organisatorisch niveau • Aanpassen organisatiestructuur • Het stimuleren van een open cultuur

  48. Cross- culturele communicatie

More Related