Plant – Insect interacties

1. Plant – Insect interacties Leidt de Chemische stoffenafgifte van planten die lijden onder Herbivorie tot succesvolle afweer? Door Bart Oud, David van Diepen en Hassan Ghaddari Onder begeleiding van Mieke Boerse

2. Veel Soorten Bladluizen… • Aphis gossypii (katoenluis) • Myzus persicae (groene perzikluis) • Aulacorthum solani (boterbloemluis) • Macrosiphum euphorbiae (aardappeltopluis) • Aulacorthum circumflexum (gevlekte bladluis) • Takecallis spp. (bamboeluis) • Aphis nerii (oleanderbladluis) • Rhodobium porosum (gele rozenluis)

3. Veel Soorten Bladluizen… • Aphis gossypii (katoenluis) • Myzus persicae (groene perzikluis) • Aulacorthum solani (boterbloemluis) • Macrosiphum euphorbiae (aardappeltopluis) • Aulacorthum circumflexum (gevlekte bladluis) • Takecallis spp. (bamboeluis) • Aphis nerii (oleanderbladluis) • Rhodobium porosum (gele rozenluis)

4. Natuurlijke Vijanden Honderden geregistreerde vijanden Voornamelijk: -Lieveheersbeestjes -Zweefvliegen -Gaasvliegen -Sluipwespen Maar ook een beschermer!

5. Herbivore Induced Plant Volatiles (HIPV’s) (Dicke et al., 1990)

6. Onderzoeksvraag en Hypothese Onderzoeksvraag: • Vergroot de afgifte van Linalool de consumptie van de groene perzikluis door predators? • Is er verschil in consumptie in verschillende habitats? Hypothese: • Bij afgifte van Linalool worden meer groene perzikluizen geconsumeerd door predators dan bij geen afgifte van Linalol • In het bos vindt meer consumptie plaats dan in een grasveld

7. Materiaal en Methode HIPV: Plant: Herbivoor: Linalol

8. Pilot-Study Pilot-studie: -Lijm of agar om luizen vast te plakken luizen gaan dood bij agarlijm -Dode of levende luizen vast plakken meeste luizen blijven leven levend is natuurlijker  levend -Aantal bladluizen per blaadje bij tests waren er 20-30 weg van de 100 +literatuur: lieveheersbeestje eet 100 per dag +luizen opplakken is heel veel werk!  keuze voor 60 per vel -Opstelling proef: of

9. Materiaal en Methode

10. Materiaal en Methode Bos 1: 6x zonder HIPV 6x met HIPV 2: 8x zonder HIPV 8x met HIPV 3: 6x zonder HIPV 6x met HIPV Weiland 1: 6x zonder HIPV 6x met HIPV 2: 7x zonder HIPV 7x met HIPV 3: 6x zonder HIPV 6x met HIPV Totaal: 20 20 19 19

11. Resultaten

12. Statistiek Two way ANOVA voor bekijken effect van habitat en geurstof op luizenconsumptie, • Normaal verdeeld • Habitat heeft geen effect op luizenpredatie (p=0,23) • Geurstof heeft geen effect (p=0,98) • Habitat en geurstof samen ook geen effect (p=0,82)

13. Statistiek Two way ANOVA voor bekijken effect van habitat en geurstof op type predatie, • Niet normaal verdeeld, toch parametrische test gebruikt • Habitat heeft geen effect type predatie (p=0,90) • Geurstof heeft geen effect (p=0,72) • Habitat en geurstof samen ook geen effect (p=0,88)

14. Onderzoeksvraag en Hypothese Onderzoeksvraag: • Vergroot de afgifte van Linalol de consumptie van de groene perzikluis door predators? • Is er verschil in consumptie in verschillende habitats? Hypothese: • Bij afgifte van Linalol worden meer groene perzikluizen geconsumeerd door predators dan bij geen afgifte van Linalol • In het bos vindt meer consumptie plaats dan in een grasveld

15. Conclusie • Afgifte van Linalol vergroot de consumptie van de groene perzikluis door predators niet • Er is geen verschil in consumptie in de verschillende habitats bos of weiland. • vergelijkbare aanwezigheid (type en hoeveelheid) van predators Verwerping Hypothese

16. Discussie • Er is geen verschil, dat kan komen: • doordat we niet genoeg statistische power hebben, dus meer waarnemingen nodig hebben • de proefopstelling het verschil niet kan aantonen • door onzorgvuldig handelen van onze kant • doordat er echt geen verschil is

17. Discussie • In de literatuur is bekend dat Linalool, of mixen van Linalool met andere HIPV’s, predators en parasieten kan aantrekken van herbivoren (Kessler & Baldwin, 2000),(Han & Chen, 2002) • met ons onderzoek hebben we aangetoond dat linalool geen predators van de perzikluis aantrekt in bos en weiland (in de literatuur: HIPV’s zijn predatorspecifiek, (James, 2003)) • dit wordt ondersteund door een extra onderzoekje wat we hebben uitgevoerd: het lokken van insekten naar blad met VEEL insektenlijm met Linalool. Er waren geen duidelijke predators van de perzikluis aanwezig • Misschien werden er wel parasieten aangetrokken of insecten waarvan de larven op de perzikluis prederen, vervolgonderzoek? • Voor een vervolgonderzoek zouden we andere herbivoren kunnen testen dan de perzikluis • We denken dat we genoeg onderzoeksgebieden hebben onderzocht, in bos en weiland komen in allebei predators van de perzikluis voor. Het heeft dus weinig zin om onderzoek te doen in meer of andere gebieden

18. Discussie • Er is geen verschil tussen bos en weiland • Mogelijke verklaring: We hebben onze weilandproefopstelling dicht bij het bos uitgevoerd

19. Dit was onze presentatie Bedankt voor het -teren Zijn er nog vragen?

20. Credits: • Deze powerpoint is gemaakt door: • David van Diepen • Kijk voor meer powerpoints op: • www.davidvandiepen.nl Ik vind het leuk als u een berichtje achterlaat op mijn gastenboek!