1 / 234

De inhoud van dit thema:

De inhoud van dit thema:. 1.2 Wat is gedrag? 1.3 Verbaal en non-verbaal gedrag 1.4 Aspecten van menselijk gedrag 1.5 Wat bepaalt ons gedrag? 1.6 Tips voor de praktijk. 1-1. Menselijk gedrag:. alles wat mensen doen of juist niet doen. 1-2. Verbaal en non-verbaal gedrag:. • verbaal:

norwood
Télécharger la présentation

De inhoud van dit thema:

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. De inhoud van dit thema: 1.2 Wat is gedrag? 1.3 Verbaal en non-verbaal gedrag 1.4 Aspecten van menselijk gedrag 1.5 Wat bepaalt ons gedrag? 1.6 Tips voor de praktijk 1-1

  2. Menselijk gedrag: alles wat mensen doen of juist niet doen 1-2

  3. Verbaal en non-verbaal gedrag: • verbaal: talig gedrag; taalgebruik met woorden; de letterlijke inhoud van een boodschap • non-verbaal: lichaamstaal zoals uiterlijk, lichaamshouding, gezichtsuitdrukking, arm- en handgebaren, stemgebruik 1-3

  4. Drie aspecten van menselijk gedrag: • cognitieve aspecten (denken) • motorische aspecten (kunnen) • sociaal-affectieve aspecten (voelen) 1-4

  5. Gevoelens, gedachten en handelingen: gedachten handelingen gevoelens en emoties 1-5

  6. Gedragsdeterminanten: • psychosociale factoren • aanlegfactoren • organische factoren 1-6

  7. Psychosociale factoren: • opvoeding, gezinsfactoren • vrienden, relaties • omgevingsfactoren • ervaringen en emoties 1-7

  8. Aanlegfactoren: • erfelijkheid • persoonlijkheid, temperament 1-8

  9. Organische factoren: • lichamelijke factoren • biochemische en hormonale factoren 1-9

  10. De inhoud van dit thema: 2.2 Motieven van sportdeelname 2.3 Maslow en motieven 2.4 Prestatie en motivatie 2.5 Tips voor de praktijk 2-1

  11. Motieven voor sportdeelname: • vrijetijdsmotief • gezondheids- en fitheidsmotief • sociaal motief • compensatiemotief • prestatiemotief • intrinsiek motief • esthetisch motief 2-2

  12. De piramide van Maslow: zelfver- wezenlijking waardering liefde en ergens bij horen veiligheid, duidelijkheid en zekerheid lichamelijke behoeften 2-3

  13. Motivatie: de bereidheid om inspanning te leveren ten behoeve van het behalen van doel waarmee iemand zijn behoeften bevredigt 2-4

  14. Relatie spanning/prestatie: prestatie spanning 2-5

  15. Prestatiemotivatie: 1 behoefte om te presteren (prestatiemotief) 2 behoefte om mislukking te vermijden, angst om te falen (faalangst) 2-6

  16. De inhoud van dit thema: 3.2 Wat is observeren? 3.3 Eisen aan observeren 3.4 Waarnemen en waarnemingsfouten 3.5 Observatiemethoden 3.6 Het stappenplan (methodisch observeren) 3.7 Tips voor de praktijk 3-1

  17. Observeren: bewust en doelgericht waarnemen met als bedoeling informatie te verzamelen 3-2

  18. Eisen aan observatie: • betrouwbaar • objectief • nauwkeurig 3-3

  19. Wat zie je? 3-4

  20. Objectiviteit: • alleen feiten, datgene wat je waarneemt • concrete gedragingen • geen meningen of interpretaties • door meerdere observatoren vastgesteld 3-5

  21. Belangrijkste waarnemingsfouten: • selectief waarnemen • subjectief waarnemen • begin en eind • contrast • projectie 3-6

  22. Belangrijkste observatiemethoden: • participerende observatie • niet-participerende observatie • kwalitatieve observatiemethoden - beschrijvende observatie - event sampling - beoordelingsschalen en checklists • kwantitatieve observatiemethoden - time sampling 3-7

  23. Stappen bij observeren (methodisch observeren): 1 bepaal het doel 2 bepaal het te observeren gedrag 3 kies een passende observatiemethode 4 kies eventuele hulpmiddelen 5 bepaal de observatiesituatie 6 kies een manier van rapporteren 3-8

  24. De inhoud van dit thema: 4.2 Het begrip zelfbeeld 4.3 De belangrijkste bouwstenen van het zelfbeeld 4.4 De verschillende zelfbeelden 4.5 Faalangst 4.6 Het gewenste zelfbeeld 4.7 Tips voor de praktijk 4-1

  25. Zelfbeeld: het subjectieve oordeel dat iemand zich vormt van zichzelf onder invloed van anderen en onder invloed van ervaringen 4-2

  26. Bouwstenen van het zelfbeeld: • lichaamsbeeld • sociale contacten • cognitieve bekwaamheid • persoonlijkheid • werk, vrijwilligerswerk • materieel bezit • creativiteit • muzikaliteit 4-3

  27. Zelfbeeldtaart: 4-4

  28. Typen zelfbeelden: • reëel positief zelfbeeld • reëel negatief zelfbeeld • verondersteld onvermogen • verondersteld vermogen • onecht diffuus zelfbeeld • echt diffuus zelfbeeld 4-5

  29. Faalangst: angst in situaties waarin gepresteerd moet worden 4-6

  30. Soorten faalangst: • eerste indeling: - positieve faalangst - negatieve faalangst • tweede indeling - sociale faalangst - cognitieve faalangst - motorische faalangst 4-7

  31. Ontstaan van faalangst: • gering zelfvertrouwen • overschatting • onderschatting • persoonlijkheid 4-8

  32. Gewenst zelfbeeld: een reëel positief zelfbeeld dat via self-fulfilling prophecy leidt tot succesvolle ervaringen 4-9

  33. De inhoud van dit thema: 5.2 Wat is een groep? 5.3 Het gemeenschappelijk doel 5.4 De groepsstructuur 5.5 De groepscultuur 5.6 Soorten groepen 5.7 Het groepsproces 5.8 Tips voor de praktijk 5-1

  34. Een groep: een verzameling van twee of meer mensen die elkaar op een bepaalde manier beïnvloeden en die bepaalde gemeenschappelijke kenmerken hebben 5-2

  35. Doelen van een groep: • taakdoelen • relatiedoelen • sfeerdoelen 5-3

  36. Groepsstructuur: • de samenstelling • de organisatie • de relaties en onderlinge samenhang • de rollen en rolverdeling 5-4

  37. Voorbeeld van een sociogram: E D A B C 5-5

  38. Groepscultuur: de regels, gewoontes, waarden en normen van een groep 5-6

  39. Indeling groepen naar: • mate van openheid • status • tijd dat een groep bestaat • grootte 5-7

  40. Fasen groepsproces: 1 oriëntatie • onzekerheid • aftasten 2 opstand • irritatie, spanning, macht • conflict, impasse 3 eenheid • overeenstemming • prestatie en stabilisatie 4 samenwerking 5 beëindiging 5-8

  41. De inhoud van dit thema: 6.2 Groepsnormen 6.3 De functie van groepsnormen 6.4 Het aanpassen aan groepsnormen 6.5 Groepsrollen 6.6 Soorten groepsrollen 6.7 Rolconflicten 6.8 Tips voor de praktijk 6-1

  42. Groepsnormen: meestal onuitgesproken gedragsregels die specifiek zijn voor de groep en die voor alle leden van die groep gelden 6-2

  43. Groepsnormen: • geven groepsleden duidelijkheid en houvast • dragen bij aan het behalen van het gemeenschappelijk doel • maken samenwerking mogelijk • bevorderen het saamhorigheidsgevoel 6-3

  44. Aanpassen aan groepsnormen: • uit angst voor maatregelen of sancties • als gevolg van identificatie • als gevolg van socialisatie • om groepsdoel te bereiken 6-4

  45. Factoren die een rol spelen bij de aanpassing aan groepsnormen: • mate van toegedicht gezag • mate van unanimiteit in de groep • grootte van de groep • status van de groep • mate van verbondenheid met de groep • mate van anonimiteit • mate van zelfvertrouwen • mate van gehechtheid aan opvattingen 6-5

  46. Rollen: verwachtingen die mensen hebben over gedrag dat iemand in een bepaalde positie moet vertonen: • maatschappelijke rollen • groepsrollen 6-6

  47. Soorten groepsrollen: • taakrollen • procesrollen of relatiegerichte rollen • disfunctionele rollen 6-7

  48. Rolconflict: tegenstrijdige eisen of verwachtingen met betrekking tot de rol die iemand heeft of moet vertonen, te onderscheiden in: • inter-rolconflict • intra-rolconflict 6-8

  49. De inhoud van dit thema: 7.2 Wat is cultuur? 7.3 Socialisatie 7.4 Cultuurgroepen 7.5 G-cultuur en F-cultuur 7.6 Cultuurgroepen onder jongeren 7.7 Culturele ontwikkelingen 7.8 Tips voor de praktijk 7-1

  50. Cultuur: het geheel van waarden en normen dat mensen aan elkaar doorgeven 7-2

More Related